ECLI:NL:RBDHA:2025:22096
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B. van Dokkum
- J.R. Froma
- Rechtspraak.nl
Vreemdelingenbewaring en de beoordeling van medische omstandigheden in asielzaken
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 november 2025 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de vrijheidsontneming van eiseres, die een asielaanvraag heeft ingediend. Eiseres, die lijdt aan diabetes, hoge bloeddruk en psychische klachten, heeft beroep ingesteld tegen een besluit van de minister van Asiel en Migratie, waarbij haar een vrijheidsontnemende maatregel is opgelegd op grond van artikel 6, derde lid, van de Vreemdelingenwet 2000. Tijdens de zitting op 13 november 2025 heeft eiseres verzocht om een nadere termijn om haar medische dossier in te dienen, wat door de rechtbank is toegewezen. Na indiening van het dossier heeft de rechtbank het onderzoek gesloten op 17 november 2025.
De rechtbank heeft overwogen dat de vrijheidsontnemende maatregel in beginsel gerechtvaardigd is, tenzij er bijzondere individuele omstandigheden zijn die dit onevenredig bezwarend maken. Eiseres heeft aangevoerd dat haar medische klachten, waaronder diabetes en hoge bloeddruk, maken dat de maatregel onevenredig bezwarend is. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de medische omstandigheden van eiseres niet zodanig zijn dat de maatregel niet kan worden opgelegd. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres toegang heeft tot medische zorg in het detentiecentrum en dat haar klachten niet uitsluiten dat zij daar kan verblijven.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na bekendmaking.