Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres], eiseres,
de minister van Asiel en Migratie, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiseres op 27 mei 2025 beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op haar asielaanvraag, die op 17 augustus 2024 was ingediend. De minister van Asiel en Migratie heeft op 22 augustus 2025 alsnog op de asielaanvraag beslist. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting behandeld op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank overweegt dat de asielaanvraag van eiseres kennelijk ongegrond is verklaard. Aangezien de beslissing op de aanvraag is genomen, heeft eiseres geen procesbelang meer in het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit. Hierdoor is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank wijst erop dat de wettelijke beslistermijn van zes maanden voor de asielaanvraag op 17 februari 2025 eindigde, maar dat deze termijn was opgeschort door een besluitmoratorium van 14 november 2024 tot 14 mei 2025. De beslistermijn werd hervat op 15 mei 2025 en eindigde op 17 augustus 2025. De ingebrekestelling was ingediend op 8 mei 2025, waardoor het beroep tegen het uitblijven van een besluit niet-ontvankelijk is verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenvergoeding.