Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 22 oktober 2025 in de zaak tussen
[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank2.De rechtbank overweegt dat tussen partijen niet in geschil is dat de termijn om te beslissen op het bezwaar is overschreden. Eiseres heeft het Uwv op 9 juli 2025 in gebreke gesteld en sinds de ontvangst daarvan door het Uwv op 11 juli 2025 zijn meer dan twee weken verstreken. Niet is gebleken dat het Uwv alsnog heeft beslist op het bezwaar. Het beroep is daarom gegrond.3.1.Omdat het Uwv nog geen (nieuw) besluit heeft genomen, zal de rechtbank bepalen dat het Uwv dit alsnog moet doen. Op grond van artikel 8:55d, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) moet het Uwv dit doen binnen twee weken na het verzenden van deze uitspraak. In bijzondere gevallen kan de rechtbank op grond van het derde lid een andere termijn geven of een andere voorziening treffen.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het, met een besluit gelijk te stellen, niet tijdig nemen van een besluit;
- draagt het Uwv op om uiterlijk binnen negen weken na de dag van verzending van deze uitspraak alsnog een beslissing op bezwaar bekend te maken;
- bepaalt dat het Uwv het betaalde griffierecht van € 53,- aan eiseres moet vergoeden.
- veroordeelt het Uwv tot betaling van € 453,50 aan proceskosten aan eiseres.
mr.M.J. Bronsveld, griffier.