Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
3.Het verzoek en het verweer
4.De beoordeling
“NB Enkele interpersoonlijke belemmeringen zitten een gezonde open cultuur in de weg. Dit vraagt om een aparte route/aanpak van bilateraal overleg en wellicht coaching.”een waarschuwing aan haar adres was dat er serieus verstoorde verhoudingen waren, zoals NTS stelt. Verder heeft er in 2022 wel mediation tussen [naam 1] en [naam 3] plaatsgevonden, maar dit is een (eenmalig) gesprek geweest. Daarover heeft [naam 3] ter zitting verklaard dat dit tot blijvende verbetering heeft geleid van de relatie tussen hen. Uit het feit dat [naam 1] een cursus heeft gevolgd (zie 2.9 onder de feiten) blijkt niet, anders dan NTS betoogt, dat NTS dit heeft geïnitieerd met het oog op volgens haar (dreigende) verstoorde verhoudingen. [naam 1] heeft betwist dat zij deze cursus om deze reden is gaan volgen en NTS heeft vervolgens aangegeven dat er ook geen stukken zijn waaruit dit zou kunnen blijken. Vast staat wel dat er op 2 februari 2024 een gesprek is geweest waarin [naam 1] en [naam 3] anonieme klachten over het gedrag van [naam 1] hebben besproken. Echter ook staat vast dat NTS hier niets mee heeft gedaan, nadat [naam 1] de betreffende medewerkers (van wie zij vermoedde dat zij hadden geklaagd) op eigen initiatief – volgens NTS tegen de afspraak in – heeft benaderd.
outplacementbedragen volgens [naam 1] € 8.409,50 inclusief btw. Dat bedrag is door NTS niet weersproken en komt de kantonrechter ook niet onredelijk voor. [naam 1] stelt dat haar inkomensverlies gedurende een periode van één jaar neerkomt op een bedrag van (€ 80.211,00 -/- WW-uitkering ad
€ 48.438,00 =) € 31.773,00 bruto. Dit is door NTS ook niet weersproken, zodat de kantonrechter uitgaat van de juistheid van die bedragen.