ECLI:NL:RBDHA:2025:18450
Rechtbank Den Haag
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Aansluitende machtiging tot het verlenen van verplichte zorg op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 17 september 2025 een beschikking gegeven inzake een aansluitende machtiging tot het verlenen van verplichte zorg voor een betrokkene, geboren in 1989. De officier van justitie had op 18 augustus 2025 een verzoek ingediend voor deze zorgmachtiging, gebaseerd op artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan verschillende psychische stoornissen, waaronder een autismespectrumstoornis, ADHD, en verslavingsstoornissen. Ondanks meerdere pogingen van zorgverleners en de advocaat om contact te leggen met betrokkene, heeft hij zich niet laten horen en is hij niet verschenen op de zittingen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn, en dat verplichte zorg noodzakelijk is om ernstig nadeel af te wenden. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend, met inbegrip van maatregelen zoals het toedienen van medicatie en het verrichten van medische controles. De machtiging is geldig tot en met 5 september 2026.