[eisers] vordert in deze procedure de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. te verklaren voor recht dat de koopovereenkomst buitengerechtelijk is ontbonden dan wel deze te ontbinden, en Kampeercentrum te veroordelen tot betaling van € 306.475,83, bestaande uit terugbetaling van de volledige koopsom en schadevergoeding;
II. te verklaren voor recht dat de koopovereenkomst partieel is ontbonden dan wel de koopovereenkomst partieel te ontbinden, en Kampeercentrum te veroordelen tot betaling van € 100.000,- of een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, bestaande uit gedeeltelijke terugbetaling van de koopsom en schadevergoeding;
III. te verklaren voor recht dat de koopovereenkomst is vernietigd dan wel de koopovereenkomst te vernietigen en gedaagde te verplichten tot het terugnemen van de camper en Kampeercentrum te veroordelen tot betaling van € 192.058,01, bestaande uit de volledige koopsom;
IV. te verklaren voor recht dat Kampeercentrum onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eisers] en gehouden is tot vergoeding van de door [eisers] geleden schade en/of tot betaling van een schadevergoeding uit ongerechtvaardigde verrijking die ontstaat als gevolg van de vernietiging van de koop, almede Kampeercentrum te veroordelen tot betaling van € 105.958,- of een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag;
V. Kampeercentrum te veroordelen tot betaling van incassokosten ter hoogte van € 3.660,25, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 15 maart 2024, althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag;
VI. Kampeercentrum te veroordelen tot betaling van nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag van volledige betaling.