Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De bewijsbeslissing
ernstigzou schenden en op die schending dus in ieder geval voorwaardelijk opzet had.
hij op 28 mei 2025 te Driebruggen, gemeente Bodegraven-Reeuwijk
,sieraden, die aan [aangeefster] toebehoorden
,heeft weggenomen met het oogmerk om
diezich wederrechtelijk toe te eigenen
,en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van inklimming,
welke diefstal werd gevolgd van geweld tegen [aangever] ,
gepleegd met het oogmerk om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door die [aangever] met
pepperspray in zijn gezicht te spuiten en met de vuist tegen zijn rechteroog te slaan;
hij op 28 mei 2025 te Driebruggen, gemeente Bodegraven-Reeuwijk
,een wapen van categorie II, onder 6 van de Wet wapens en munitie, te weten pepperspray, zijnde een voorwerp bestemd voor het treffen van personen met giftige, verstikkende, weerloosmakende, traanverwekkende en soortgelijke stoffen voorhanden heeft gehad;
hij op 28 mei 2025 te Gouda, als degene tegen wie verdenking was gerezen als bestuurder van een voertuig (motorscooter) te hebben gehandeld in strijd met artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994, geen gevolg heeft gegeven aan een aan hem gegeven bevel van een daartoe bij regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie aangewezen ambtenaar van politie, zich aan een bloedonderzoek te onderwerpen en geen medewerking daaraan heeft verleend;
hij op 28 mei 2025 te Driebruggen, gemeente Bodegraven-Reeuwijk
,als bestuurder van een motorrijtuig (motorscooter) heeft gereden op de weg, Hoogeind, zonder dat aan hem door de daartoe bevoegde autoriteit, als bedoeld in artikel 116 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 een rijbewijs was afgegeven voor de categorie van motorrijtuigen, waartoe dat motorrijtuig behoorde;
hij omstreeks 31 maart 2025 te Gouda
,als bestuurder van een voertuig (Toyota C-HR, kenteken [kenteken] ), daarmee rijdende op de weg, de N207, Rotterdamseweg, Nieuwe Veerstal, Goejanverwelledijk. Sportlaan, Estafetteweg, De Wissel, Middenmolenlaan, Goverwellesingel, N228, Koningin Wilhelminaweg, Tesselschadestraat en de Burgemeester Gaarlandtsingel zich opzettelijk zodanig heeft gedragen dat de verkeersregels in ernstige mate werden geschonden
,door
:- geen gevolg te geven aan door verbalisanten gegeven stoptekens middels het volg- en stoptransparant, en
;- met een veel hogere snelheid dan de ter plaatse voor dat voertuig toegestane maximumsnelheid, in elk geval met een veel hogere snelheid dan die voor een veilig verkeer ter plaatse verantwoord was te rijden, en
;- daarbij met hoge snelheid meermalen voertuigen in te halen over een dubbele doorgetrokken streep en daardoor te rijden op de weghelft van genoemde weg, bestemd voor het tegemoetkomende verkeer, waardoor tegemoetkomend verkeer hard moest remmen om een aanrijding te voorkomen
,en
;- daarbij te slingeren tussen het overig verkeer, en
;- daarbij meermalen door rood licht te rijden en geen voorrang te verlenen, en
;- daarbij in te sturen op een politievoertuig,
door welke verkeersgedragingen van verdachte levensgevaar of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor anderen te duchten was
.
4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De strafoplegging
De rechtbank ziet geen aanleiding een deel van die gevangenisstraf voorwaardelijk op te leggen. Voor het opleggen van een vrijheidsbeperkende maatregel - zoals gevorderd door de officier van justitie - ziet de rechtbank evenmin aanleiding.
7.De vordering van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
8.Het inbeslaggenomen voorwerp
9.De toepasselijke wetsartikelen
10.De beslissing
14 (VEERTIEN) MAANDEN;
12 (TWAALF) MAANDEN;
geen straf of maatregelwordt opgelegd;
hij op of omstreeks 28 mei 2025 te Driebruggen, gemeente Bodegraven-Reeuwijk
sieraden, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangeefster] , in
elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om
het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg
te nemen goed/goederen onder zijn bereik heeft/hebben gebracht door middel
van braak, verbreking en/of inklimming,
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen [aangever] ,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken
en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te
maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door die [aangever] met
pepperspray, althans een bijtende en/of weerloosmakende vloeistof in zijn gezicht
te spuiten en/of (met de vuist) tegen zijn (rechter)oog. althans gezicht te slaan;
hij op of omstreeks 28 mei 2025 te Driebruggen, gemeente Bodegraven-Reeuwijk
een wapen van categorie II, onder 6 van de Wet wapens en munitie, te
weten pepperspray, zijnde een voorwerp bestemd voor het treffen van personen
met giftige, verstikkende, weerloosmakende, traanverwekkende en soortgelijke
stoffen voorhanden heeft gehad;
hij op of omstreeks 28 mei 2025 te Gouda, in elk geval in Nederland, als degene
tegen wie verdenking was gerezen als bestuurder van een voertuig (motorscooter)
te hebben gehandeld in strijd met artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994, geen
gevolg heeft gegeven aan een aan hem gegeven bevel van een hulpofficier van
justitie of van een daartoe bij regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie
aangewezen ambtenaar van politie, zich aan een bloedonderzoek te onderwerpen
en/of geen medewerking daaraan heeft verleend;
hij op of omstreeks 28 mei 2025 te Driebruggen, gemeente Bodegraven-Reeuwijk
als bestuurder van een motorrijtuig (motorscooter) heeft gereden op de weg,
Hoogeind, zonder dat aan hem door de daartoe bevoegde autoriteit, als bedoeld in
artikel 116 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 een rijbewijs was afgegeven voor
de categorie van motorrijtuigen, waartoe dat motorrijtuig behoorde;
daaraan in de Wegenverkeerswet 1994 betekenis is gegeven, geacht in dezelfde
betekenis te zijn gebezigd;
hij op of omstreeks 31 maart 2025 te Gouda als bestuurder van een voertuig
(Toyota C-HR, kenteken [kenteken] ), daarmee rijdende op de weg, de N207,
Rotterdamseweg, Nieuwe Veerstal, Goejanverwelledijk. Sportlaan, Estafetteweg, De
Wissel, Middenmolenlaan, Goverwellesingel, N228, Koningin
Wilhelminaweg, Tesselschadestraat en de Burgemeester Gaarlandtsingel zich
opzettelijk zodanig heeft gedragen dat de verkeersregels in ernstige mate werden
geschonden door
- geen gevolg te geven aan door verbalisanten gegeven stoptekens middels het
volg- en stoptransparant, en/of
- met (zeer) hoge snelheden, althans met (telkens) een (veel) hogere snelheid dan
de ter plaatse voor dat voertuig toegestane maximumsnelheid, in elk geval met een
(veel) hogere snelheid dan die voor een veilig verkeer ter plaatse verantwoord was
te rijden, en/of
- (daarbij) (met hoge snelheid) meermalen voertuigen in te halen over een
(dubbele) doorgetrokken streep en (daardoor) te rijden op de weghelft van
genoemde weg, bestemd voor het tegemoetkomende verkeer, waardoor
tegemoetkomend verkeer hard moest remmen om een aanrijding te voorkomen
en/of
- (daarbij) te slingeren tussen het overig verkeer, en/of
- (daarbij) (meermalen) door rood licht te rijden en/of geen voorrang te verlenen
en/of
- (daarbij) in te sturen op een politievoertuig,
door welke verkeersgedraging(en) van verdachte levensgevaar of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor (een) ander(en) te duchten was;