ECLI:NL:RBDHA:2025:15496

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
31 juli 2025
Publicatiedatum
20 augustus 2025
Zaaknummer
C/09/685517 / FA RK 25-3765
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorzieningen in een echtscheidingsprocedure met betrekking tot de zorgregeling en het gebruik van de echtelijke woning

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 31 juli 2025 een beschikking gegeven in een echtscheidingsprocedure tussen een man en een vrouw, die samen drie minderjarige kinderen hebben. De man verzocht om voorlopige voorzieningen met betrekking tot de toevertrouwing van de kinderen, het gebruik van de echtelijke woning en een zorgregeling. De vrouw voerde verweer en deed ook een zelfstandig verzoek. De rechtbank heeft kennisgenomen van diverse stukken, waaronder verzoekschriften en F9-formulieren van beide partijen. Tijdens de zitting op 17 juli 2025 hebben beide ouders hun standpunten toegelicht, waarbij de minderjarige kinderen ook hun mening hebben kunnen geven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ouders in een netwerkgesprek een birdnestingregeling hebben afgesproken, waarbij de kinderen om de drie dagen van ouder wisselen. De rechtbank oordeelde dat een week op week af regeling in het belang van de kinderen is, ondanks de bezorgdheid van de vrouw over haar re-integratie in het werk. De rechtbank heeft besloten dat de kinderen in een birdnestingregeling zullen verblijven, waarbij de ene week bij de man en de andere week bij de vrouw. De rechtbank heeft ook bepaald dat de man en de vrouw recht hebben op het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning, afhankelijk van waar de kinderen verblijven. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte is afgewezen.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 25-3765
Zaaknummer: C/09/685517
Datum beschikking: 31 juli 2025

Voorlopige voorzieningen

Beschikking op het op 20 mei 2025 ingekomen verzoek van:

[de man] ,

de man,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
advocaat: mr. R.P.M. Duijndam te Lisse.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:

[de vrouw] ,

de vrouw,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
advocaat: mr. B. Beekman te Noordwijk.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
  • het verzoekschrift;
  • het verweerschrift met zelfstandig verzoek, ingekomen op 18 juni 2025;
  • het F9-formulier van 18 juni 2025 van de vrouw, met brief;
  • het F9-formulier van 3 juli 2025 van de man, met bijlagen;
  • het F9-formulier van 4 juli 2025 van de vrouw;
  • het F9-formulier van 14 juli 2025 van de vrouw, met brief en bijlagen;
  • het F9-formulier van 15 juli 2025 van de man, met bijlagen.
De minderjarige [minderjarige 1] heeft in een gesprek met de rechter haar mening kenbaar gemaakt.
Op 17 juli 2025 is de zaak ter zitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen:
  • de man, bijgestaan door zijn advocaat;
  • de vrouw, bijgestaan door haar advocaat;
  • [naam] namens de Raad voor de Kinderbescherming.

Feiten

  • Partijen zijn met elkaar gehuwd op [datum] 2010 te [plaats 1] .
  • Zij zijn de ouders van de volgende nu nog minderjarige kinderen:
  • [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2015 te [geboorteplaats 1] ;
  • [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2017 te [geboorteplaats 2] ;
  • [minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum 3] 2021 te [geboorteplaats 3] .
  • Partijen oefenen het gezamenlijk gezag over de kinderen uit.
  • Bij beschikking van de burgemeester van de [gemeente] is de man gelast om de echtelijke woning te verlaten voor een periode van tien dagen van 14 juni 2025 tot 24 juni 2025.

Verzoek en verweer

De man verzoekt:
  • te bepalen dat de kinderen van partijen (voorlopig) zullen worden toevertrouwd aan de zorgen van de man;
  • te bepalen dat de man voorlopig bij uitsluiting gerechtigd zal zijn tot het gebruik van de echtelijke woning aan de [adres] te ( [postcode] ) [plaats 1] , met het bevel dat de vrouw de woning moet verlaten en verder niet mag betreden;
  • een voorlopige verdeling van de zorg- en opvoedingstaken (zorgregeling) vast te stellen, waarbij de kinderen om het weekend van zaterdagochtend tot maandagochtend bij de vrouw zijn;
voor zover mogelijk met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.
De vrouw voert verweer dat hierna, voor zover nodig, zal worden besproken, en verzoekt zelfstandig:
  • te bepalen dat de kinderen voorlopig aan de vrouw zullen worden toevertrouwd;
  • te bepalen dat de vrouw voorlopig bij uitsluiting van de man gerechtigd zal zijn tot het gebruik van de echtelijke woning, met het bevel dat de man de woning moet verlaten en verder niet mag betreden;
  • de voorlopige zorgregeling zo vast te stellen dat de kinderen iedere week van woensdagavond 18.30 uur tot en met vrijdagavond 18.00 uur bij de man zullen zijn;
voor zover mogelijk met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.

Beoordeling

Toevertrouwing kinderen, uitsluitend gebruik echtelijke woning en zorgregeling
Gebleken is dat partijen in een netwerkgesprek op 7 juli 2025 hebben afgesproken om voorlopig tot 31 juli 2025 de birdnestingregeling van drie om drie dagen te continueren. Verder staan de ouders op de wachtlijst voor ouderschapsbemiddeling bij [instelling] .
De man wil voorlopig het liefst een birdnestingregeling waarbij de kinderen volgens een week op week af regeling bij de man dan wel de vrouw verblijven. Een regeling van zeven om zeven dagen is beter voor de kinderen, omdat de kinderen momenteel in de war raken van de korte periodes dat zij hun vader en moeder zien. De man wil ook dat hij het uitsluitend gebruik van de woning zal krijgen, omdat hij in de bodemprocedure wil dat de woning aan hem zal worden toegedeeld.
In eerste instantie vond de vrouw een week op week af regeling te lang voor de kinderen, maar op de zitting heeft zij aangegeven dat zij dat voorlopig wel goed vindt. Hoewel een week zonder de ene ouder voor vooral de jongste lang is, geeft dit ook volgens de vrouw meer rust dan wisselingen kort op elkaar. De vrouw wil voorlopig, in ieder geval de zomer, nog
birdnesten. Dat is mogelijk voor haar omdat zij momenteel in de ziektewet zit. Binnenkort moet zij op werk weer gaan re-integreren en dan wordt het vermoedelijk moeilijker om uitvoering te geven aan een birdnestingregeling vanwege het woon-werkverkeer tussen [plaats 2] en [plaats 3] , waar zij een uitvalsbasis heeft.
De vrouw heeft verder aangegeven dat ook zij wil onderzoeken of zij de echtelijke woning zou kunnen overnemen.
Hoewel de rechtbank met de raadsvertegenwoordiger van oordeel is dat een week op week af regeling voor de jongste van vier jaar oud lang is, acht de rechtbank in dit geval een birdnestingregeling waarbij de kinderen in de woning blijven en de ene week met de man zijn en de andere week met de vrouw het meest in het belang van de kinderen. Dat brengt de kinderen, en de ouders, de meeste rust op dit moment. Daarbij overweegt de rechtbank dat positief is dat de ouders eenzelfde opvoedingsstijl hebben en dat er dagelijks volgens de tussen de ouders gemaakte afspraken met de andere ouder een videobelmoment zal kunnen plaatsvinden. Verder acht de rechtbank het in het belang van de kinderen dat zij met deze regeling met z’n drieën bij elkaar blijven.
Ten aanzien van het verweer van de vrouw dat een week op week af birdnestingregeling voor haar moeilijk haalbaar zal zijn wanneer zij gaat re-integreren vanwege het woon-werkverkeer, oordeelt de rechtbank dat dat een toekomstige ontwikkeling is waar de rechtbank niet op vooruit kan lopen. Op dit moment acht de rechtbank een week op week af birdnestingregeling in het belang van de kinderen, hetgeen voor de rechtbank de doorslag geeft.
Als voorlopige regeling zal de rechtbank dus een week op week af birdnestingregeling vaststellen met ingang van heden. Dat sluit aan op de afspraak van de ouders die zij hebben gemaakt tot 31 juli 2025.
De rechtbank zal bepalen dat het wisselmoment zal zijn op de vrijdag, wanneer de kinderen op school zitten. De ene ouder die in de voorafgaande week in de woning heeft verbleven, dient de woning op vrijdag om 10.00 uur te verlaten en de andere ouder kan dan om 12.00 uur de woning betreden, zodat zij elkaar niet behoeven te ontmoeten. Bovendien ondervinden de kinderen dan ook geen spanning tijdens het wisselmoment.
Bij deze birdnestingregeling zal de rechtbank bepalen dat de man dan wel de vrouw gerechtigd zal zijn tot het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning gedurende de tijd dat de kinderen volgens de voorlopige zorgregeling bij de man dan wel de vrouw zijn.
Het verzoek om te bepalen dat dit uitsluitend gebruik ‘met inbegrip van de inboedel’ is, zal de rechtbank bij gebrek aan belang afwijzen. Bij toewijzing van het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning aan een partij is die partij ook uitsluitend gerechtigd tot de tot die woning behorende inboedelgoederen, voor zover niet bij rechterlijke beschikking tot het dagelijks gebruik aan de andere partij toegewezen.
Het voorgaande brengt met zich dat de rechtbank het meer of anders verzochte, waaronder de verzoeken om toevertrouwing van de kinderen bij één van hen, zal afwijzen.

Beslissing

De rechtbank:
*
bepaalt als voorlopige zorgregeling met betrekking tot de minderjarigen:
  • [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2015 te [geboorteplaats 1] ;
  • [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2017 te [geboorteplaats 2] ;
  • [minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum 3] 2021 te [geboorteplaats 3] ,
dat sprake zal zijn van een birdnestingregeling in die zin dat zij de ene week bij de man verblijven en de andere week bij de vrouw, met het wisselmoment op vrijdag, waarbij de ene ouder om 10.00 uur de woning verlaat en de andere ouder om 12.00 uur de woning kan betreden;
*
bepaalt dat de man gerechtigd zal zijn tot het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning aan het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaats 1] , gedurende de tijd dat de kinderen volgens de voorlopige zorgregeling bij de man zijn;
bepaalt dat de vrouw gerechtigd zal zijn tot het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning aan het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaats 1] , gedurende de tijd dat de kinderen volgens de voorlopige zorgregeling bij de vrouw zijn;
*
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
*
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. C.G. Meeder, (kinder)rechter, bijgestaan door mr. R.P. Bas als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 31 juli 2025.