ECLI:NL:RBDHA:2025:14805

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
4 augustus 2025
Publicatiedatum
8 augustus 2025
Zaaknummer
C/09/689415/KG RK 25-1041
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verschoningsverzoek in een strafzaak

Op 4 augustus 2025 heeft de meervoudige verschoningskamer van de Rechtbank Den Haag een verzoek tot verschoning toegewezen. Het verzoek was ingediend door mr. E.A.G.M. van Rens, de rechter die belast was met de behandeling van de hoofdzaak met kenmerk 09-767230-21. De rechter verzocht om verschoning vanwege de verdenking van overtreding van voorwaarden die in de hoofdzaak aan de verdachte waren opgelegd. De rechter was van mening dat een collega die niet eerder bij de zaak betrokken was, de vordering moest behandelen om de schijn van partijdigheid te vermijden.

De procedure rondom het verschoningsverzoek is niet ter zitting behandeld, aangezien dit niet vereist is. De rechtbank heeft vastgesteld dat, hoewel rechters op grond van hun aanstelling worden vermoed onpartijdig te zijn, er uitzonderlijke omstandigheden kunnen zijn die aanleiding geven tot een vrees voor partijdigheid. In dit geval heeft de rechter voldoende argumenten aangevoerd om het verzoek tot verschoning te rechtvaardigen.

De beslissing van de verschoningskamer houdt in dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen. Tevens is bepaald dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment van indiening van het verschoningsverzoek. Een afschrift van deze beslissing zal worden toegezonden aan de betrokken partijen, waaronder de rechter zelf.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Verschoningskamer
Verschoningsnummer: 2025/05
Zaak-/rekestnummer: C/09/689415 / KG RK 25- 1041
Beslissing van 4 augustus 2025
van de meervoudige verschoningskamer van de rechtbank op het verzoek van
mr. E.A.G.M. van Rens,
rechter in de rechtbank Den Haag,
hierna de rechter,
belast met de behandeling van de hoofdzaak met kenmerk 09-767230-21 van:
tegen
verdachte,
[verdachte] ,
wonende te [woonplaats] ,
door mr. M.J.N. Vermeij, advocaat te ‘s-Gravenhage.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verschoningsverzoek van de rechter.
1.2.
Een verschoningsverzoek hoeft, anders dan een wrakingsverzoek, niet ter terechtzitting te worden behandeld. Het verzoek is daarom niet ter zitting behandeld.

2.Het verschoningsverzoek

2.1.
De rechter heeft het verschoningsverzoek op het volgende gebaseerd:
☒ anders, namelijk: De rechter is degene die in de hoofdzaak de zaak als voorzitter heeft behandeld. Thans gaat het om de verdenking van overtreding van voorwaarden in die zaak opgelegd. Gelet op de aard van de zaak en de persoon van de verdachte komt het mij voor dat een collega die niet eerder bij deze zaak betrokken is geweest, de vordering moet behandelen.

3.De beoordeling

3.1.
Uitgangspunt is dat een rechter op grond van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn. Uitzonderlijke omstandigheden kunnen een aanwijzing opleveren dat een rechter ten opzichte van een partij vooringenomen is of dat daarvoor een terechte vrees bestaat. Ook de uiterlijke schijn kan daarbij een rol spelen.
3.2.
Gelet op hetgeen de rechter heeft aangevoerd, is het verschoningsverzoek terecht ingediend. Zo wordt de schijn van partijdigheid vermeden. Het verzoek zal dus worden toegewezen. Dit betekent dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen.

4.De beslissing

De verschoningskamer:
4.1.
wijst het verzoek tot verschoning toe;
4.2.
bepaalt dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment dat verschoningsverzoek werd ingediend;
4.3.
beveelt dat een afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan:
* de rechter;
* alle in de aanhef van deze uitspraak genoemde betrokken partijen.
Deze beslissing is genomen in raadkamer op 4 augustus 2025 door mrs. A.M.A. Keulen, E.A.W. Schippers en M. Nijenhuis, in tegenwoordigheid van de griffier.