Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
2.Waar gaat het over?
- [kind 1], geboren op [geboortedatum];
- [kind 2], geboren op [geboortedatum], en
- [kind 3], geboren op [geboortedatum].
3.De beoordeling
- de ontbinding in deze vorm stemt overeen met een nationaal recht van de echtgenoot die het huwelijk eenzijdig heeft ontbonden;
- de ontbinding heeft in de staat waar het heeft plaatsgevonden rechtsgevolg, en
- het blijkt duidelijk dat de andere echtgenoot uitdrukkelijk of stilzwijgend met de ontbinding heeft ingestemd dan wel daarin heeft berust.
- € 400,- per maand voor [kind 3];
- € 200,- per maand voor [kind 2];
- € 200,- per maand voor [kind 1], en
- € 100,- per maand voor zijn ex-partner.
In het ouderschapsplan van 4 juli 2017 is vastgesteld dat de man een kinderalimentatie van € 356,60 per maand moet betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van [kind 3]. Deze alimentatie is onderworpen aan de wettelijke indexering, voor het eerst per 1 januari 2018. In 2025 bedraagt de kinderalimentatie dus € 464,- per maand. [8] Na betaling van de kinderalimentatie resteert er een netto draagkracht van € 313,- per maand.
‘gezelligheid met de kids’voldoet. Deze bewoordingen versterken het vermoeden dat het hier niet gaat om een wettelijke onderhoudsverplichting, maar een vrijwillige bijdrage. Ook aan dit standpunt gaat de rechtbank voorbij.