ECLI:NL:RBDHA:2025:14250
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een omgevingsvergunning voor het legaliseren van wijzigingen aan een monument in Wassenaar
Op 23 juli 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser, eigenaar van een monument in Wassenaar, en het college van burgemeester en wethouders van Wassenaar. Eiser had in 2018 een omgevingsvergunning verkregen voor verbouwingen aan het monument, maar het college constateerde dat de verbouwingen niet conform deze vergunning waren uitgevoerd. Eiser diende een aanvraag in om de aangebrachte wijzigingen te legaliseren, maar het college wees deze aanvraag af. Eiser was het niet eens met deze afwijzing en voerde verschillende beroepsgronden aan. De rechtbank oordeelde dat het college de aanvraag terecht had afgewezen. De rechtbank concludeerde dat de afwijkingen van de omgevingsvergunning en de planregels substantieel waren, en dat de RCE, die negatief adviseerde over de aanvraag, een zorgvuldige procedure had gevolgd. Eiser kreeg geen gelijk en het beroep werd ongegrond verklaard. De rechtbank benadrukte dat de weigering van de vergunning niet in strijd was met het vertrouwensbeginsel of het evenredigheidsbeginsel, aangezien de gemaakte kosten voor het terugdraaien van de wijzigingen voor rekening van eiser kwamen. De uitspraak werd gedaan door mr. J. Schaaf, met mr. J.A. Klein als griffier.