ECLI:NL:RBDHA:2025:13978

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 juli 2025
Publicatiedatum
29 juli 2025
Zaaknummer
NL25.19203
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing voorlopige voorziening asielaanvraag na niet-ontvankelijk verklaring beroep

In deze zaak heeft verzoeker een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Minister van Asiel en Migratie heeft deze aanvraag op 23 april 2025 niet-ontvankelijk verklaard. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld onder zaaknummer NL25.19202 en heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. De zitting vond plaats op 9 juli 2025, waarbij mr. F. Hoppenbrouwer als waarnemer van verzoekers gemachtigde aanwezig was, evenals de gemachtigde van de minister.

De voorzieningenrechter heeft op 9 juli 2025 mondeling uitspraak gedaan en het beroep van verzoeker niet-ontvankelijk verklaard. Aangezien het beroep niet ontvankelijk is verklaard, is er geen noodzaak voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. I. Helmich, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van griffier C.A.A.W. van der Heijden. De uitspraak is openbaar gemaakt op 17 juli 2025. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL25.19203
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], V-nummer: [V-nummer] , verzoeker (gemachtigde: mr. F. Jansen),
en

de Minister van Asiel en Migratie, (gemachtigde: mr. C.W.M. van Breda)

Procesverloop

1. Verzoeker heeft een aanvraag ingediend tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De minister heeft met het besluit van 23 april 2025 deze aanvraag niet-ontvankelijk verklaard. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld
(zaaknummer NL25.19202) en de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen.
2. De voorzieningenrechter heeft het verzoek samen met het beroep op 9 juli 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: mr. F. Hoppenbrouwer, als waarnemer van verzoekers gemachtigde en de gemachtigde van de minister.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

3. Op 9 juli 2025 heeft de rechtbank mondeling uitspraak gedaan op het beroep en het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. I. Helmich, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van
C.A.A.W. van der Heijden, griffier.
zaaknummer: NL25.19203
2
Uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
17 juli 2025

Documentcode: [Documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.