ECLI:NL:RBDHA:2025:13857

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
15 juli 2025
Publicatiedatum
29 juli 2025
Zaaknummer
C/09/687769 / JE RK 25-1168
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om inhalen van omgangsmomenten tijdens vakantie van pleegouders

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 15 juli 2025 uitspraak gedaan in een geschil over de omgangsregeling van twee minderjarigen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2], die onder toezicht staan en bij pleegouders wonen. De ouders van de kinderen, die met elkaar zijn gehuwd, hebben het ouderlijk gezag over hen. De zaak betreft een verzoek van de gecertificeerde instelling Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering (LJ&R) om de omgangsmomenten die niet kunnen plaatsvinden tijdens de vakantie van de pleegouders in te halen. De ouders zijn het niet eens met het besluit van LJ&R om geen videobelmomenten te organiseren tijdens de vakantie en hebben verzocht om de gemiste omgangsmomenten in te halen.

De kinderrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift en de bijlagen, en heeft de zaak op 10 juli 2025 behandeld in combinatie met een kort geding dat door de moeder was aangespannen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de pleegouders toestemming hebben gekregen voor een vakantie met de kinderen van 24 juli tot en met 19 augustus 2025, waardoor de begeleide omgang in die weken niet kan plaatsvinden. De ouders hebben voorgesteld om de gemiste momenten in te halen en om videobellen mogelijk te maken, maar LJ&R heeft dit verzoek afgewezen.

De kinderrechter heeft geoordeeld dat er geen belang is om ook in deze procedure te beslissen op het verzoek van LJ&R, aangezien het geschil al in de kort gedingprocedure aan de orde is. Daarom heeft de kinderrechter het verzoek van LJ&R afgewezen. De beschikking is openbaar gedaan en er staat geen andere voorziening open dan cassatie in het belang der wet.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Team Familie
Zaaksgegevens: C/09/687769 / JE RK 25-1168
Datum uitspraak: 15 juli 2025

Beschikking van de kinderrechter

Geschilbeslechting ex artikel 1:262b Burgerlijk Wetboek

in de zaak naar aanleiding van het op 2 juli 2025 ingekomen verzoekschrift van:

Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering,

de gecertificeerde instelling,
hierna: LJ&R
over:
- [minderjarige 1] ,geboren op [geboortedatum 1] 2019 in [geboorteplaats] ,
hierna: [minderjarige 1] ,
- [minderjarige 2] ,geboren op [geboortedatum 2] 2021 in [geboorteplaats] ,
hierna: [minderjarige 2] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[de moeder] ,

hierna: de moeder;
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
advocaat: mr. M. Erkens te Den Haag.

[de vader] ,

hierna: de vader,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres.

[de pleegvader] en [de pleegmoeder] ,

hierna: de pleegouders,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres.

Het procesverloop

De kinderrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift met bijlagen.
Op 10 juli 2025 heeft de kinderrechter de zaak gecombineerd met het door de moeder aanhangig gemaakte kort geding (C/09/687075 KG ZA 25-593) ter zitting met gesloten deuren behandeld. Op de zitting zijn verschenen:
- [naam 1] en mr. R. van de Watering namens LJ&R;
- de moeder bijgestaan door haar advocaat;
- [naam 2] , de begeleider van de moeder;
- de vader;
- de pleegouders.

Feiten

  • De vader en de moeder zijn met elkaar gehuwd.
  • De ouders zijn belast met het ouderlijk gezag over [minderjarige 1] en [minderjarige 2] .
  • [minderjarige 1] en [minderjarige 2] wonen bij de pleegouders.
  • [minderjarige 1] en [minderjarige 2] staan sinds 29 april 2022 onder toezicht. De rechtbank heeft bij beschikking van 29 augustus 2024 de ondertoezichtstelling van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] verlengd tot 25 juli 2025. Bij beschikking van 18 februari 2025 is de machtiging tot uithuisplaatsing in een voorziening voor pleegzorg verlengd tot 25 juli 2025.
  • Bij beschikking van deze rechtbank van 25 november 2024 is de volgende voorlopige begeleide contactregeling vastgesteld: eenmaal per week vijf uur bij de ouders thuis, waarbij de regeling van ommekomst van een aantal maanden dient te worden uitgebreid naar acht uur per week, indien de huidige reactie van de kinderen niet wijzigt, dat wil zeggen gelijk blijft.
  • [minderjarige 1] en [minderjarige 2] hebben op dit moment elke week acht uur (van 10.00 uur tot 18.00 uur) begeleide omgang met hun ouders bij de ouders thuis.

Verzoek en verweer

De gecertificeerde instelling verzoekt – uitvoerbaar bij voorraad – op grond van artikel 1:162b Burgerlijk Wetboek (BW) een beslissing te nemen op het onderhavige geschil, te weten het inhalen van de omgangsmomenten die niet plaats kunnen vinden tijdens de vakantie.
De ouders zijn het niet eens met het besluit van LJ&R.

Beoordeling

LJ&R heeft de pleegouders toestemming gegeven voor een vakantie met [minderjarige 1] en [minderjarige 2] van 24 juli tot en met 19 augustus 2025. Dit betekent dat de begeleide omgang tussen [minderjarige 1] en [minderjarige 2] en hun ouders in de weken 31, 32 en 33 niet door kan gaan. De ouders hebben voorgesteld of de gemiste omgangsmomenten kunnen worden ingehaald en of tweemaal per week videobellen met de kinderen tijdens de vakantie mogelijk is. LJ&R heeft het besluit genomen om geen videobelmomenten met de ouders te organiseren tijdens deze vakantie en LJ&R ziet ook geen ruimte om – ter compensatie – meer omgangsmomenten in de overige vakantieweken te organiseren.
Het geschil tussen de ouders en LJ&R over de omgangsmomenten in de zomervakantie is aan de rechtbank voorgelegd. Het verzoek van LJ&R heeft de kinderrechter samen met het door de moeder aanhangig gemaakte kort geding op zitting behandeld, omdat in beide procedures hetzelfde geschil voorligt. De rechtbank zal in de kort gedingprocedure een vonnis wijzen. Daarom is de kinderrechter van oordeel dat er geen belang is om ook in deze geschillenprocedure te beslissen op het verzoek. Dat betekent dat de kinderrechter het verzoek van LJ&R afwijst.

Beslissing

De kinderrechter:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is gegeven door mr. C. de Jong-Kwestro, kinderrechter, bijgestaan door
mr. M. Verkerk als griffier. De uitspraak is in het openbaar gedaan op 15 juli 2025.
Ingevolge artikel 807 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering staat tegen deze beslissing geen andere voorziening open dan cassatie in het belang der wet.