2.3.De rechtbank heeft het beroep op 15 juli 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: referente, de gemachtigde van eiseres, een tolk en de gemachtigde van de minister.
Beoordeling door de rechtbank
Heeft de minister eiseres ten onrechte niet gehoord?3. Eiseres stelt dat zij ten onrechte niet is gehoord door de minister. De aanvraag is gebaseerd op artikel 8 van het EVRM. Daarbij zijn de persoonlijke omstandigheden van eiseres van groot belang en had het op de weg van de minister gelegen om haar te horen. De gemachtigde van eiseres is weliswaar in de gelegenheid gesteld om eiseres te laten horen en aanvullende stukken te versturen, echter is dit door een miscommunicatie niet gebeurd. Dit kan eiseres echter niet worden tegengeworpen.
4. De rechtbank overweegt als volgt. Op 15 januari 2025 heeft de minister de gemachtigde van eiseres verzocht om aanvullende stukken te overleggen en is de gemachtigde van eiseres er ook op gewezen dat eiseres het recht heeft om gehoord te worden. De gemachtigde van eiseres is verzocht om uiterlijk 30 januari 2025 de stukken te overleggen en te reageren op de vraag of eiseres een hoorzitting wil. In de e-mail is ook aangegeven dat, indien er niet op uiterlijk 30 januari 2025 wordt gereageerd, de minister ervan uitgaat dat eiseres afziet van het recht gehoord te worden. De minister heeft hierop geen reactie ontvangen. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de minister eiseres hiermee voldoende de mogelijkheid geboden om te worden gehoord en aanvullende stukken te overleggen. Hier heeft eiseres geen gebruik van gemaakt. De stelling van eiseres dat sprake was van miscommunicatie is niet nader onderbouwd, zodat het de rechtbank onduidelijk is gebleven wat de miscommunicatie inhoudt. De rechtbank volgt eiseres verder niet in haar standpunt dat een eventuele miscommunicatie niet aan haar kan worden toegerekend.
Dat het van groot belang is dat er wordt gehoord in zaken waar het om het familieleven gaat nu de feitelijke situatie hierbij van groot belang is, leidt evenmin tot een ander oordeel. Eiseres is immers de gelegenheid geboden om gebruik te maken van een hoorzitting. Hiervan heeft eiseres echter geen gebruik gemaakt.
Is sprake van bijkomende elementen van afhankelijkheid tussen eiseres en referent?
5. Eiseres stelt dat op basis van het Europees recht sprake is van familieleven. Er moet worden ingegaan op de daadwerkelijk bestaande persoonlijke banden tussen referent en eiseres. Referent en haar kinderen hebben geregeld contact met eiseres, zoveel contact dat eiseres afhankelijk is geworden van referent. Er is dan ook sprake van daadwerkelijke bestaande persoonlijke banden met referent door eerder samenwonen en veelvuldig contact. De emotionele afhankelijkheid van eiseres van referent is erg sterk geworden sinds het overlijden van de echtgenoot van eiseres. Eiseres is verder bijna helemaal alleen in Syrië. De emotionele afhankelijkheidsrelatie is ten onrechte niet meegenomen in de beoordeling. Dat eiseres het contact met haar kleinkinderen digitaal zou kunnen voortzetten, is onder de menselijke maat. Dat eiseres sterke banden heeft met Syrië, laat onverlet dat zij veel sterkere banden heeft met referent en haar gezin. Eiseres voert verder aan dat haar medische omstandigheden met objectieve documenten zijn onderbouwd. Eiseres is bijna 82 jaar oud. Dit is een zwaarwegende omstandigheid in haar gezondheid. Haar leeftijd in combinatie met de objectief bewezen gezondheidsproblemen creëren moeilijke leefomstandigheden voor eiseres. Referent kan en wil haar moeder deze hulp bieden. Eiseres stelt verder dat zij financieel afhankelijk is van referent. Het enkel stellen dat referent deze financiële steun ook op afstand kan bieden, is een oneigenlijke uitwerking van het beleid van de minister. Eiseres stelt tot slot dat zij het meeste contact heeft met haar moeder. Zij zal dus niet met haar andere dochter samenwonen, ondanks dat dit gebruikelijk is in Syrië.
6. Uit vaste rechtspraak van het EHRMvolgt dat pas kan worden gesproken van een door artikel 8 van het EVRM beschermd gezinsleden tussen ouders en hun meerderjarige kinderen als sprake is van een meer dan gebruikelijke afhankelijkheidsrelatie. Er moet sprake zijn van bijkomende elementen van afhankelijkheid. Uit de rechtspraak volgt ook dat de vraag of sprake is van een beschermd gezinsleven van feitelijke aard is en afhankelijk is van het daadwerkelijk bestaan van hechte, persoonlijke banden. Hierbij kan bijvoorbeeld van belang zijn of de familieleden hebben samengewoond, de mate van emotionele afhankelijkheid, de mate van financiële afhankelijkheid, de medische omstandigheden en de banden van het land van herkomst.
7. De rechtbank is van oordeel dat de minister terecht heeft overwogen dat niet is gebleken van bijkomende elementen van afhankelijkheid tussen eiseres en referent die de gebruikelijke emotionele banden overstijgen. Daarbij is van belang dat referent op 8 augustus 2015 Syrië heeft verlaten en zij na deze periode niet meer heeft samengewoond met eiseres. Daarnaast zijn de emotionele banden in de vorm van regelmatig contact en steun gebruikelijk binnen een moeder-dochterrelatie. Datzelfde geldt voor de kleinkinderen. De minister heeft verder terecht opgemerkt dat de kleinzoon van eiseres ten tijde van de aanvraag meerderjarig was en dat het criterium van hechte persoonlijke banden om die reden niet van toepassing is. De rechtbank stelt verder vast dat eiseres medische stukken heeft overgelegd waaruit blijkt dat zij medische klachten heeft. De minister heeft terecht overwogen dat uit de overgelegde stukken niet blijkt dat eiseres niet zelfstandig kan functioneren en zij afhankelijk is van de hulp van referent. De stelling van referent op zitting dat zij eiseres belt om ervoor te zorgen dat eiseres haar medicatie op tijd inneemt en op tijd eet, maakt dit niet anders. Hieruit blijkt immers evenmin dat eiseres daadwerkelijk afhankelijk is van referent. Ook heeft de minister terecht overwogen dat eiseres niet heeft onderbouwd dat zij financieel afhankelijk is van referent. In beroep heeft eiseres een niet vertaald stuk overgelegd waaruit zou blijken dat referent eiseres financieel ondersteunt. Ter zitting heeft de gemachtigde van eiseres toegelicht dat het een overschrijving van Western Union naar een Syrische bank betreft. Het bedrag zou naar een familievriend zijn overgemaakt, die het geld vervolgens weer aan eiseres zou hebben gegeven. De rechtbank is met de minister van oordeel dat uit deze overboeking, voor zover van de ter zitting gegeven vertaling kan worden uitgegaan, niet blijkt dat eiseres financieel afhankelijk is van referent. Het betreft immers een enkele overboeking. Dat het voorheen niet mogelijk was om op deze wijze over te boeken en geldbedragen via via bij eiseres terecht kwamen, maakt het voorgaande niet anders. Niet is gebleken dat eiseres andere stukken heeft overgelegd waaruit blijkt dat referent structureel geld overmaakt en dat eiseres financieel afhankelijk is van referent. De rechtbank volgt de minister tot slot in het standpunt dat niet aannemelijk is geworden dat eiseres geen hulp kan krijgen van anderen in haar omgeving. Eiseres heeft altijd in Syrië gewoond en om deze reden is het waarschijnlijk dat daar overige familieleden of vrienden of anderen zijn die kunnen helpen als dat nodig is. Door eiseres is niet onderbouwd waarom zij geen beroep kan doen op hulp van andere familieleden of haar omgeving in Syrië.
8. Gelet op het voorgaande heeft de minister voldoende gemotiveerd dat geen sprake is van bijkomende elementen van afhankelijkheid die de gebruikelijke band tussen eiseres en referent overstijgt. De minister heeft daarom terecht overwogen dat er tussen eiseres en referent geen sprake is van beschermenswaardig gezinsleven in de zin van artikel 8 van het EVRM.