Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 26 november 2024 heeft eiser beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn asielaanvraag van 27 juli 2023. De rechtbank heeft uitspraak gedaan buiten zitting op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank overweegt dat het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld wordt met een besluit, zoals bepaald in artikel 6:2, aanhef en onder b, van de Awb. Eiser heeft zijn asielaanvraag ingediend, maar verweerder heeft onderzocht of een andere EU-lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag, zoals bedoeld in de Dublinverordening. De rechtbank stelt vast dat verweerder vanaf 27 september 2023 verantwoordelijk is geworden voor de behandeling van de asielaanvraag, omdat de termijn voor het indienen van een claimverzoek bij de Italiaanse autoriteiten was verstreken.
De beslistermijn voor de asielaanvraag bedraagt zes maanden, die in dit geval aanvangt op 27 september 2023 en eindigt op 27 maart 2024. Echter, met de inwerkingtreding van het WBV 2023/3 is deze termijn verlengd met negen maanden, waardoor de beslistermijn pas op 27 december 2024 eindigde. De rechtbank concludeert dat de ingebrekestelling van eiser op 25 oktober 2024 te vroeg is ingediend, omdat de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken. Hierdoor is het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn asielaanvraag kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.