ECLI:NL:RBDHA:2025:12777
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep tegen terugkeerbesluit wegens te late indiening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 juli 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een terugkeerbesluit dat aan eiser was opgelegd door de minister van Asiel en Migratie. Het terugkeerbesluit dateert van 15 september 2024. Eiser heeft op 11 november 2024 beroep ingesteld, maar de rechtbank heeft vastgesteld dat dit beroep te laat is ingediend. De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt vier weken, en deze termijn begon te lopen op 16 september 2024, na de bekendmaking van het besluit. Eiser stelde dat hij pas op 27 oktober 2024 op de hoogte was van het terugkeerbesluit, maar de rechtbank oordeelde dat hij al eerder op de hoogte was, zoals blijkt uit het proces-verbaal van het gehoor voorafgaand aan zijn inbewaringstelling. De rechtbank concludeert dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat het na afloop van de beroepstermijn is ingediend. Er zijn geen omstandigheden gebleken die de termijnoverschrijding verschoonbaar maken. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen vier weken na bekendmaking.