ECLI:NL:RBDHA:2025:12625

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
19 juni 2025
Publicatiedatum
15 juli 2025
Zaaknummer
C/09/686779 / FA RK 25-4411
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 19 juni 2025 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van een crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 16 juni 2025 een verzoek ingediend tot voortzetting van de crisismaatregel die eerder op 13 juni 2025 was genomen. Betrokkene, geboren in 1942, verblijft in een accommodatie en wordt bijgestaan door haar advocaat, mr. R. Shahbazi. Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende personen gehoord, waaronder de arts in opleiding tot psychiater en de zoon van betrokkene. De arts heeft verklaard dat er ernstige zorgen zijn over de thuissituatie van betrokkene, die nauwelijks eet en drinkt en niet zelfstandig functioneert. De zoon van betrokkene heeft aangegeven dat hij zijn moeder niet meer herkent en dat hij overbelast is door de situatie. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige verwaarlozing. Gezien de ernst van de situatie heeft de rechtbank besloten om de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel te verlenen, die geldig is tot en met 10 juli 2025. De rechtbank heeft het verzoek om minder bezwarende alternatieven af te wijzen, omdat deze niet effectief zouden zijn. De beschikking is uitgesproken door mr. A.M.M. Vingerling, rechter, bijgestaan door P.S.R. Nieman als griffier.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/686779 / FA RK 25-4411
Datum beschikking: 19 juni 2025

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel

Beschikkingnaar aanleiding van het op 16 juni 2025 door de officier van justitie ingediende verzoek tot voortzetting van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[betrokkene] ,

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedag] 1942 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
thans verblijvende in de accommodatie [instelling] , afdeling [afdeling] , te [plaats] ,
advocaat: mr. R. Shahbazi te Den Haag.

Procesverloop

Bij verzoekschrift heeft de officier van justitie verzocht om voortzetting van de op 13 juni 2025 genomen crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Westland tot het nemen van de crisismaatregel;
  • een op 13 juni 2025 ondertekende medische verklaring van A.G.M. van der Meer, psychiater, die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij de behandeling betrokken was;
- een brief van de officier van justitie van 16 juni 2025, waaruit blijkt dat er ten aanzien van betrokkene geen recente politiemutaties zijn en betrokkene geen justitiële documentatie heeft.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 19 juni 2025. Daarbij zijn de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door mr. J.B. Peters, waarnemend voor haar advocaat;
- de arts in opleiding tot psychiater, H. Zhang;
- de psychiater, B. Boute;
- de zoon van betrokkene, [naam] .
Omdat door de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht en het de rechtbank ter zitting is gebleken dat diens aanwezigheid ook niet noodzakelijk was om tot een inhoudelijke beslissing te kunnen komen, is de officier van justitie niet gehoord.

Standpunten ter zitting

Door en namens betrokkene is ter zitting verzocht de voortzetting van de crisismaatregel af te wijzen. Betrokkene geeft aan het liefst thuis te willen wonen. Thuis verloopt alles naar wens, mede dankzij de ondersteuning van haar zoon. Daarnaast kan betrokkene voor zichzelf zorgen, waardoor toewijzing van het verzoek niet nodig is.
De arts in opleiding tot psychiater heeft verklaard dat er in de thuissituatie flinke zorgen waren. De zoon van betrokkene was continu aanwezig, 24 uur per dag, zeven dagen per week. Betrokkene at en dronk nauwelijks en verliet haar huis niet. Het kost veel moeite om betrokkene te motiveren om te eten en te drinken. Er bestaat een vermoeden van een ernstig depressief beeld. Betrokkene krijgt momenteel medicatie en moet geobserveerd worden, ook om nadere inzage te krijgen in haar toestand. ambulante hulp aangevraagd. De voortzetting van de crisismaatregel is noodzakelijk om de juiste behandeling voort te kunnen zetten.
De psychiater heeft toegevoegd dat betrokkene veel in haar hoofd zit, maar het lastig vindt om dit duidelijk te maken. Haar problemen liggen niet in het verleden, zij heeft tot nu toe zelfstandig gefunctioneerd. Wanneer het over het hier en nu gaat, zie je haar inzakken.
Er kan sprake zijn van lichamelijke stress. Betrokkene kon niet aangeven of er financiële zorgen zijn.
De zoon van betrokkene geeft aan zijn moeder niet meer te herkennen. Betrokkene ervaart veel klachten in haar hoofd en wil stoppen met de medicatie. In het verleden heeft zij haar medicatie ook zelfstandig gestopt. Daarnaast heeft de zoon de financiële zaken overgenomen. De zoon is overbelast door de situatie.

Beoordeling

Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in:
- levensgevaar;
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige verwaarlozing.
Betrokkene eet en drink niet meer zelfstandig en verzorgt zichzelf niet meer. De zoon en dochter van betrokkene zijn 24 uur per dag, bij haar om haar te motiveren en verzorgen. De kinderen hebben aangegeven dat zij het steeds moeilijker vinden om hun moeder in deze toestand te zien en raken overbelast.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, te weten depressieve stoornis. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
De rechtbank is van oordeel dat, anders dan de in de crisismaatregel genoemde zorg, de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn om het nadeel af te wenden, te weten:
- toedienen van vocht;
- toedienen van voeding;
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Van de overige in de crisismaatregel genoemde vormen van zorg is – door de toelichting van de arts in opleiding tot psychiater – ter zitting gebleken dat de toepassing niet voorzienbaar en noodzakelijk is. De rechtbank volgt de toelichting van de arts in opleiding tot psychiater en zal het verzoek in zoverre dan ook afwijzen.
Betrokkene verzet zich tegen deze zorg. Betrokkene weigert de klinische zorg en medicatie.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is bovendien evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na heden.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van:

[betrokkene] ,

geboren op [geboortedag] 1942 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van vocht;
- toedienen van voeding;
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 10 juli 2025;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.M.M. Vingerling, rechter, bijgestaan door P.S.R. Nieman als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 19 juni 2025