ECLI:NL:RBDHA:2025:11342

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 juni 2025
Publicatiedatum
27 juni 2025
Zaaknummer
C/09/682708 / KG ZA 25-268 en C/09/682713 / KG ZA 25-269
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Kort geding over de geldigheid van inschrijvingen in aanbestedingsprocedure voor internationale verhuisdiensten

In deze zaak, die op 16 juni 2025 door de Rechtbank Den Haag is behandeld, zijn twee kort gedingen aan de orde gesteld door Harmony Relocation B.V. tegen de Staat der Nederlanden (Ministerie van Financiën) met betrekking tot de aanbesteding van internationale verhuisdiensten. Harmony heeft in beide zaken vorderingen ingesteld tegen de ongeldigverklaring van haar inschrijvingen voor twee percelen van de aanbesteding. De Staat heeft de inschrijvingen van Harmony ongeldig verklaard vanwege het niet invullen van vereiste prijzen in de inschrijvingen, wat volgens de aanbestedingsvoorwaarden leidde tot uitsluiting van verdere beoordeling. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de Staat de inschrijvingen van Harmony op goede gronden ongeldig heeft verklaard. De vorderingen van Harmony om de gunningsbeslissing in te trekken en haar inschrijving geldig te verklaren zijn afgewezen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de aanbestedingsstukken duidelijk waren en dat de omissies van Harmony niet als herstelbaar konden worden beschouwd. De vorderingen van de Combinatie Nedvan, die als tussenkomende partij was opgetreden, zijn eveneens afgewezen. De proceskosten zijn toegewezen aan de Staat en de Combinatie Nedvan.

Uitspraak

RECHTBANK Den Haag

Team handel - voorzieningenrechter
Zaak-/rolnummers: C/09/682708 / KG ZA 25-268 en C/09/682713 / KG ZA 25-269
Vonnis in kort geding van 16 juni 2025
in de zaak met rolnummer 25-268 van
HARMONY RELOCATION B.V.te Amsterdam,
eiseres,
hierna te noemen: Harmony,
advocaten: mr. P.J.S. de Jong-van den Bogaard en mr. R. Simsek,
tegen
DE STAAT DER NEDERLANDEN (het Ministerie van Financiën)te Den Haag,
gedaagde,
hierna te noemen: de Staat,
advocaten: mr. J.E. Palm en mr. A.P.M. Waaijer,
waarin zijn tussengekomen

1.NEDVAN MOBILITY SOLUTIONS B.V. te Alphen aan den Rijn,

2.
SIRVA B.V.te Rotterdam,
3.
AGS GLOBAL SOLUTIONS – NETHERLANDS B.V.te Den Helder,
4.
GOSSELIN GROUPte Antwerpen (België),
hierna gezamenlijk te noemen: de Combinatie Nedvan,
advocaten: mr. J.F. van Nouhuys en mr. E.S.C. van der Hoek,
en in de zaak met rolnummer 25-269 van
HARMONY RELOCATION B.V.te Amsterdam,
eiseres,
hierna te noemen: Harmony,
advocaten: mr. P.J.S. de Jong-van den Bogaard en mr. R. Simsek,
tegen
DE STAAT DER NEDERLANDEN (Ministerie van Financiën)te Den Haag,
gedaagde,
hierna te noemen: de Staat,
advocaten: mr. J.E. Palm en mr. A.P.M. Waaijer,
waarin zijn tussengekomen

1.NEDVAN MOBILITY SOLUTIONS B.V. te Alphen aan den Rijn,

2.
SIRVA B.V.te Rotterdam,
3.
AGS GLOBAL SOLUTIONS – NETHERLANDS B.V.te Den Helder,
4.
GOSSELIN GROUPte Antwerpen (België),
hierna gezamenlijk te noemen: de Combinatie Nedvan,
advocaten: mr. J.F. van Nouhuys en mr. E.S.C. van der Hoek.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure in zaak 25-268 blijkt uit:
- de dagvaarding, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- de incidentele conclusie tot tussenkomst subsidiair voeging.
1.2.
het verloop van de procedure in zaak 25-269 blijkt uit:
de dagvaarding, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- de incidentele conclusie tot tussenkomst subsidiair voeging.
1.3.
De gelijktijdige mondelinge behandeling van beide zaken heeft plaatsgevonden op 26 mei 2025. De advocaten van Harmony en Combinatie Nedvan hebben ter zitting het woord gevoerd aan de hand van pleitnotities. Deze pleitnotities maken deel uit van het dossier. Vonnis is bepaald op vandaag.

2.De incidenten tot tussenkomst

2.1.
De Combinatie Nedvan heeft gevorderd te mogen tussenkomen in de procedures tussen Harmony en de Staat, dan wel zich te mogen voegen aan de zijde van de Staat. Harmony en de Staat hebben verklaard hiertegen geen bezwaar te hebben. In verband met de nadelige gevolgen die de Combinatie Nedvan in beide zaken van de uitspraak in de hoofdzaak kan ondervinden, heeft zij voldoende belang om zich te mengen in deze kort gedingen. Niet gebleken is dat de inmenging van Combinatie Nedvan een voortvarende afdoening van de geschillen in kort geding in de weg staat. Er ontstaat door de tussenkomst ook geen strijd met de goede procesorde in het algemeen. Aangezien Combinatie Nedvan in beide hoofdzaken een vordering heeft ingesteld, wordt zij in beide zaken toegelaten als tussenkomende partij.

3.De feiten

Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting wordt in dit geding van het volgende uitgegaan.
algemeen
3.1.
Op 20 november 2024 heeft de Staat (de Belastingdienst) de aankondiging gedaan voor de Europese openbare aanbestedingsprocedure voor de opdracht ‘Internationale (boedel)verhuisdiensten voor personeel’ (hierna: de Opdracht). Op de aanbestedingsprocedure is de Aanbestedingswet 2012 (Aw 2012) van toepassing. Het gunningscriterium is de ‘economisch meest voordelige inschrijving gehanteerd op basis van de beste prijs kwaliteitverhouding’.
3.2.
De aanbesteding bestaat uit twee percelen, te weten Perceel 1 “Defensie” en Perceel 2 “Shared Service Organisatie Werken voor Nederland WereldWijd (SSO 3W), Politie en de Shared Service Organisatie Caribisch Nederland (SSO CN)”. Zaak 25-268 ziet op Perceel 1 en zaak 25-269 ziet op Perceel 2.
3.3.
De Opdracht is omschreven in het Beschrijvend Document van 23 december 2024 (hierna: het Beschrijvend Document), met bijlagen, waaronder Bijlage 2 “Specificatie van de opdracht” en Bijlage C “Prijzenblad perceel 1: Defensie” en Bijlage D “Prijzenblad perceel 2: SSO 3W, Politie en SSO CN”. Daarnaast zijn vijf Nota’s van Inlichtingen verstrekt, waarbij aanpassingen zijn gedaan aan de prijzenbladen.
3.4.
De Opdracht ziet op het verzorgen van internationale (boedel)verhuisdiensten voor personeel, inclusief (i) alle benodigde voorbereiding, uitvoering en nazorg (ii) opslag in
Nederland en (iii) verhuisbewegingen van en naar voornoemde opslag.
Onder de Opdracht vallen de volgende verhuizingen:
Eisen
3.5.
In 6.2 van het Beschrijvend Document staat onder meer het volgende:
“Een inschrijving wordt ongeldig verklaard en komt als gevolg daarvan niet meer in aanmerking voor gunning wanneer niet aan de vormvereisten is voldaan, tenzij sprake is van een kennelijke omissie of geringe fout; overigens geheel ter beoordeling van Aanbestedende dienst. Indien sprake is van een kennelijke omissie of geringe fout heeft Aanbestedende dienst het recht om de inschrijvers te vragen dit te herstellen.”
3.6.
In de Bijlage 2 Specificatie van de opdracht staat het volgende:
“Aan eisen moet worden voldaan. Het niet voldoen aan een eis betekent uitsluiting van verdere beoordeling en niet meer in aanmerking komen voor gunning (knock-out criterium).”
3.7.
Bij de inschrijving dienden gegadigden voor Perceel 1 en Perceel 2 een prijzenblad (Bijlage C voor Perceel 1 en Bijlage D voor Perceel 2) in te vullen. De ingevulde tarieven dienden vervolgens als input voor de prijsformule waarmee de inschrijfprijs wordt bepaald. De prijzenbladen waren voorzien van een invulinstructie.
3.8.
In paragraaf 5.5 van het Beschrijvend Document staat met betrekking tot de beoordeling van de prijs het volgende:
“De totaalprijs (inschrijfprijs, Bijlage C en/of D Prijzenblad) dient als input voor de prijsformule. De totaalprijs (inschrijfprijs) wordt afgerond op 2 cijfers achter de komma.
De gebruikte weging (q) in het Prijzenblad is slechts bedoeld ter vergelijking van de verschillende inschrijvers. Hieraan kunnen geen rechten worden ontleend bij een eventuele opdracht.”
3.9.
In paragraaf 7.3 van het Beschrijvend Document staat het volgende:
“Alle potentiële inschrijvers worden verzocht om dit Beschrijvend document zorgvuldig door te lezen. Mocht er vragen zijn over het Beschrijvend document of de contractvoorwaarden dan dienen deze zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk vóór de sluitingsdatum voor het stellen van vragen als genoemd in paragraaf 7.2 via het indienen
van Bijlage 6 Format Nota van inlichtingen bij Aanbestedende dienst kenbaar te worden gemaakt. Vragen kunnen gaan over onvolkomenheden, procedurefouten en/of tegenstrijdigheden in dit document. De termijn van paragraaf 7.2 wordt gehanteerd om Aanbestedende dienst in de gelegenheid te stellen vragen te beantwoorden. Ook wordt de termijn van paragraaf 7.2 gebruikt om een eventuele klacht of bezwaar te
toetsen en de potentiële inschrijver(s) een redelijke termijn te geven eventuele aanpassingen te kunnen verwerken.
Alle vragen en opmerkingen die bij Aanbestedende dienst binnen de hier genoemde termijn worden ingediend, worden middels een Nota van inlichtingen beantwoord. De (laatste) Nota van inlichtingen zal conform de planning in paragraaf 7.2 beschikbaar worden gesteld op TenderNed.
(...)
Indien u van mening bent dat de reactie van Aanbestedende dienst in de Nota van inlichtingen niet correct is dan dient direct, in ieder geval vóór de sluitingstermijn voor het doen van een inschrijving een klacht ingediend te worden op de wijze als beschreven in paragraaf 7.8.
Afgezien van het voorgaande, bestaat het recht om terstond een kortgeding procedure aan te spannen middels een betekende dagvaarding aan Aanbestedende dienst zulks op straffe van verval van rechten.”
3.10.
In paragraaf 2.2 van Bijlage 2 Specificatie van de opdracht zijn met betrekking tot de prijsopgave onder meer de volgende eisen opgenomen:
“Eis 2 De opgegeven prijzen en tarieven dienen realistisch en marktconform te zijn.
Eis 3 Het is niet toegestaan met de ingediende prijzen de gehanteerde formule te
frustreren; negatieve prijzen, letters of prijzen van € 0,- zijn in ieder geval niet toegestaan. Evenmin is het toegestaan voor bepaalde prijsonderdelen geen prijs op te geven.
Eis 4 Het is niet toegestaan “met prijzen te schuiven”, zodanig dat voor het ene
prijsonderdeel onrealistisch hoge prijzen worden geboden en voor het andere prijsonderdeel onrealistisch lage prijzen.
Eis 5 Er dient een logische samenhang te zijn tussen de opgegeven prijzen; dit betekent dat verschillen tussen de opgegeven prijzen vanuit bedrijfseconomisch perspectief logisch verklaarbaar moeten zijn.
Eis 6 (...)”
Perceel 1
3.11.
Het prijzenblad voor Perceel 1 bevat acht tabbladen met in het totaal 499 in te vullen cellen en 1.389 cellen met formules, waarin de gegadigden voor verschillende handelingen tarieven dienden in te vullen. Dit betreft onder meer de tabbladen ‘Origin’ en ‘Destination’, waar in de kolommen C, en E tot en met L meerdere tarieven dienden te worden ingevuld. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om het basistarief voor verhuizingen vanaf verschillende plaatsen in de wereld, prijzen per (extra) volume en prijzen voor het vervoer van een motorvoertuig.
3.12.
Een afbeelding van het tabblad ‘Origin’ is hierna weergegeven:
3.13.
Onder dit tabblad staat de volgende toelichting:
“ORIGIN: de prijzen in de kolommen D t/m L omvatten het totaal van de kosten van alle handelingen (behoudens de kosten genoemd in het tabblad ‘Additionele kosten’) die gemoeid zijn met Verhuisopdracht van de plaats van vertrek tot en met de betreffende haven en/of Opslag op basis van “one way” kilometrage (1 x doorbelasten van de afstand). Deze kosten van alle handelingen betreffen onder andere, maar zijn niet beperkt tot: inpakken, demontage, aanbrengen beschermmaterialen, vervoersunit, beladen container/kist, inzet gekwalificeerd verhuispersoneel, inzet verhuiswagens en overig verhuismaterieel, alle benodigde verhuismaterialen en hulpmiddelen (waaronder kratten, verpakkingsmateriaal en parkeervergunningen), transport naar de betreffende haven en/of Opslag), kosten transportdocumenten, trucking, verhuislift.
(...)
B. HAVEN/TERMINAL: De haven/terminal waar de Inboedel door gegadigde aan de vervoerder wordt overgedragen voor over zee transport.
C. BASISPRIJS INCL. 200 KM VRIJ: De prijs per km die gegadigde berekent voor het transport tussen A (locatie) en B (haven/terminal). De eerste 200 kilometer vanaf het laadadres tot de haven/terminal dient in de basisprijs inbegrepen te zijn. Voor transport binnen Nederland kunnen geen additionele kilometers boven de 200km in rekening worden gebracht.
D. PRIJS PER KM: Boven de 200 KM die verdisconteerd is kolom C. Alleen USA invullen. (...)”
3.14.
Het tabblad ‘Destination’ en de invulinstructies van dat tabblad zijn vergelijkbaar met het tabblad ‘Origin’, met dien verstande dat het bij ‘Destination’ gaat om de bestemming in plaats van om de plaats van vertrek.
3.15.
Op het tabblad ‘Destination’ staat met betrekking tot de kolommen C en D de volgende toelichting:
“C. BASISPRIJS INCL. 200 KM VRIJ: De prijs per km die inschrijver berekent voor het transport tussen A (haven/terminal) en B (plaats van bestemming). De eerste 200 kilometer vanaf het de haven/terminal tot de plaats van bestemming dient in de basisprijs inbegrepen te zijn. Voor transport binnen Nederland kunnen geen additionele kilometers boven de 200km in rekening worden gebracht.
D. PRIJS PER KM: De prijzen worden automatisch overgenomen uit het tabblad Origin.”
3.16.
In de eerste Nota van Inlichtingen staat met betrekking tot het Basistarief inclusief 200 km vrij (kolom C van de tabbladen ‘Origin’ en ‘Destination’) onder meer het volgende:
Vraag 47:
“(...) U stelt dat er 200km van de afstand afgetrokken moet worden. De dekking voor deze 200km zit in het tarief “Basisprijs incl. 200 km vrij”. Zijn de tarieven voor de “Basisprijs incl. 200 km vrij” op origin en destination ook onderdeel van het bedrag waarmee de offerte wordt vergeleken? Als dat niet het geval is dan zou het billijk zijn de 200km niet van de afstand af te trekken en tegen het tarief/km te belasten.”
Antwoord
“Ja, de tarieven voor de “Basisprijs incl. 200 km vrij” op origin en destination worden meegerekend op het tabblad Calculatie van bijlage C Prijzenblad perceel 1.”
Perceel 2
3.17.
Het prijzenblad voor Perceel 2 kende eveneens meerdere tabbladen, waaronder ‘P2 Origin’ en ‘P4 Destination’. Op het tabblad ‘Destination’ dienden gegadigden prijzen op te geven voor een grote diversiteit aan bestemmingen en voor verschillende variabelen als volume en afstand. Een van de in te vullen prijzen betrof het “traject tarief” (hierna: trajecttarief) dat de gegadigde rekent voor het transport tussen de haven/terminal (kolom C) en de bestemming (Destination, kolom B). Hierbij gaat het om het tarief voor het vervoer vanaf de haven/terminal waar de goederen (na overzees vervoer) aan de gegadigde wordt overgedragen tot aan de plek van bestemming. Zo moesten gegadigden in de cellen E65 en E66 van het tabblad ‘Destination’ een tarief op te geven voor de trajecten Moskou-Moskou en Sint Petersburg-Sint Petersburg.
3.18.
Het tabblad ‘Origin’ kende een vergelijkbare systematiek, met dien verstande dat daar tarieven dienden te worden ingevuld voor het transport tussen de plek van vertrek naar de haven/terminal waar de goederen worden overgedragen voor transport overzee.
3.19.
Op het tabblad ‘Toelichting Prijzenblad’ van Prijzenblad perceel 2 staat onder meer het volgende:
“Inschrijver vult de tabbladen P1 tot en met P6 volledig (alle gele cellen) in waarna, op basis van het verhuisprofiel, het tabblad: Calculatie-verhuisprofiel 'automatisch' de Inschrijfsom genereerd.
Vanwege de grote diversiteit aan mogelijke bestemmingen en variabelen als m3, afstand, motorvoertuig, mobiliteitskeuze (weg, zee of lucht), verzekeringen, langdurige opslag etc. is gekozen voor een uitgebreid verhuisprofiel, die mede is gebaseerd op de afgelopen 4 jaren.
De beoordeling van de inschrijfsom geschiedt als volgt:
- allereerst wordt beoordeeld of het prijzenblad is ingevuld conform de eisen en de toelichting (tabblad) in het prijzenblad;
- vervolgens wordt de totale inschrijfsom in het tabblad calculatie-verhuisprofiel vastgesteld en gedeeld door 4 (verhuisprofiel is mede gebaseerd op de afgelopen 4 jaar) om te komen tot een jaarbedrag;
- dit jaarbedrag (de inschrijfprijs) wordt meegenomen in de berekening.
Toelichting Prijzenblad. Voor het invullen van het prijzenblad gelden de volgende eisen:
- Inschrijver vult per tabblad (P1 t/m P6) alle gele cellen in;
(...)
- niet, niet volledig of niet-correct ingevulde Prijzenbladen worden ongeldig verklaard;
(...)
- het is niet toegestaan nul euro en/of negatieve prijzen in te vullen;
(...)
- het is niet toegestaan strategisch (manipulatief) in te schrijven, waaronder in deze context wordt verstaan dat de Inschrijver naar objectieve bedrijfseconomische maatstaven een Inschrijving doet die het gekozen prijzenblad frustreert en daarmee niet de economisch meest voordelige inschrijving kan worden vastgesteld. De Inschrijver die deze bepaling overtreedt, wordt uitgesloten van verdere deelname aan deze aanbestedingsprocedure;
- het inschrijven met negatieve prijzen/opslag of prijzen van € 0,- is in ieder geval niet toegestaan;
- het is niet toegestaan "met prijzen te schuiven", zodanig dat voor het ene prijsonderdeel onrealistisch hoge prijzen worden geboden en voor het andere prijsonderdeel onrealistisch lage prijzen;
- er dient een logische samenhang te zijn tussen de opgegeven prijzen; dit betekent dat de opgegeven prijs voor een eenvoudigere dienst nooit hoger mag zijn dan voor een complexere dienst;
(...)
Het tabblad 'Calculatie-verhuisprofiel' (bijlage D, Prijzenblad) is bedoeld ter vergelijking van de verschillende Inschrijvers.
Aan dit verhuisprofiel kunnen geen rechten worden ontleend bij een eventuele Opdracht.”
3.20.
In de eerste Nota van Inlichtingen staat het volgende:
Vraag 12:
“P2 origin en P4 destination: Voor sommige landen is het afgeven van vaste tarieven lastig, bv door onrust / oorlog etc. Bv. Rusland, Oekraïne, Niger, Sudan. Is het mogelijk deze bestemmingen op een andere manier af te kunnen rekenen?”
Antwoord:
“Nee. Het trajecttarief is bedoeld voor situaties waarin sprake is van een grote afstand tussen (lucht)haven of terminal en plaats van vertrek of bestemming en/of bijzondere omstandigheden (zoals risico’s).
Het trajecttarief kan gewijzigd worden als sprake is van gewijzigde omstandigheden die aanpassing van het trajecttarief noodzakelijk maken. Opdrachtnemer dient een voorstel voor aanpassing van een trajecttarief te motiveren. Opdrachtgever beoordeelt het voorstel van Opdrachtnemer en kan dit laten toetsen.
In bijlage D, “Prijzenblad Perceel 2 SSO 3W, Politie en SSO CN” is, op de tabbladen Origin en Destination, bij Rusland de mogelijkheid om een trajecttarief in te vullen toegevoegd.”
Vijfde Nota van Inlichtingen
3.21.
In de vijfde Nota van Inlichtingen staat het volgende:
“De Aanbestedende Dienst merkt op dat de deadline voor het stellen van vragen voor de Nota van Inlichtingen reeds is gepasseerd. Echter, vragen die een reactie van de Aanbestedende Dienst vereisen en die binnenkomen in de periode tussen de publicatie van de laatste Nota van Inlichtingen en de deadline voor het indienen van inschrijvingen, betekenen in principe een vertraging van de planning. Derhalve het verzoek om weloverwogen om te gaan met het stellen van vragen in de periode tussen de publicatie van de laatste Nota van Inlichtingen en de deadline voor het indienen van inschrijvingen.”
Inschrijvingen
3.22.
Voor Perceel 1 en 2 hebben twee partijen een inschrijving gedaan, Harmony en de Combinatie Nedvan.
3.23.
In haar inschrijving voor Perceel 1 heeft Harmony op het prijzenblad voor Perceel 1 op de tabbladen ‘Origin’ en ‘Destination’ geen tarief (dan wel een nultarief) ingevuld in de cellen C6 (Basistarief inclusief 200 km Nederland). In haar inschrijving voor Perceel 2 heeft Harmony op het tabblad ‘Destination’ geen tarieven (dan wel een nultarief) ingevuld in de cellen E65 en E66 (Moskou-Moskou en Sint Petersburg-Sint Petersburg).
Gunningsbeslissing
3.24.
Bij brieven van 17 maart 2025 heeft de Staat aan Harmony meegedeeld dat haar inschrijving voor Perceel 1 en Perceel 2 onherstelbare gebreken bevatten en als ongeldig ter zijde zijn gelegd en dat hij voornemens is beide percelen te gunnen aan “Nedvan Mobility Solutions B.V.”.
3.25.
In de brief voor Perceel 1 heeft de Staat aan Harmony meegedeeld dat zij in haar inschrijving in strijd met Eis 3 van Bijlage 2 – Specificatie van de opdracht een prijs van € 0,- heeft ingevuld in de cellen C6 van de tabbladen ‘Destination’ en ‘Origin’ en dat haar inschrijving daarom ongeldig is. Verder heeft de Staat Harmony ten overvloede gewezen op acht constateringen die volgens de Staat mogelijk niet in lijn lijken te zijn met de eisen 2 tot en met 5 van Bijlage 2 – Specificatie van de opdracht, maar waarvoor de Staat het niet meer opportuun acht om verduidelijkingsvragen te stellen.
3.26.
In de brief voor Perceel 2 heeft de Staat aan Harmony meegedeeld dat zij in haar inschrijving in strijd met Eis 3 van Bijlage 2 – Specificatie van de opdracht in de cellen E65 en E66 van het tabblad ‘P4 Destination’ een prijs van € 0,- heeft ingevuld en dat haar inschrijving daarom ongeldig is. Verder heeft de Staat Harmony ten overvloede gewezen op acht constateringen die volgens de Staat mogelijk niet in lijn lijken te zijn met de eisen 2 tot en met 5 van Bijlage 2 – Specificatie van de opdracht maar waarvoor de Staat het niet meer opportuun acht om verduidelijkingsvragen te stellen.

4.Het geschil

4.1.
In zaak 25-268 vordert Harmony, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, samengevat:
primair:
I. De Staat te gebieden de (voorlopige) gunningsbeslissing van 17 maart 2025 in te trekken;
II. De Staat te gebieden de inschrijving van Harmony geldig te verklaren en opnieuw te beoordelen;
Subsidiair
I. De Staat te gebieden de (voorlopige) gunningsbeslissing van 17 maart 2025 in te trekken;
II. De Staat te gebieden om Harmony de mogelijkheid te bieden haar inschrijving te herstellen, waarna de Staat de inschrijving opnieuw dient te beoordelen;
Meer subsidiair:
I. De Staat te gebieden de aanbesteding te staken en gestaakt te houden;
II. De Staat te gebieden om, voor zover hij de Opdracht nog wenst te vergeven, deze opnieuw door middel van een nieuwe aanbestedingsprocedure in de markt te zetten, waarbij hij zorg dient te dragen voor een prijzenblad dat in overeenstemming is met de verplichtingen die voortvloeien uit het gelijkheids- en transparantiebeginsel;
zowel primair, subsidiair als meer subsidiair met veroordeling van de Staat in de proceskosten.
4.2.
In zaak 25-269 vordert Harmony, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, samengevat:
primair:
I. De Staat te gebieden de (voorlopige) gunningsbeslissing van 17 maart 2025 in te trekken;
II. De Staat te gebieden de inschrijving van Harmony geldig te verklaren en opnieuw te beoordelen;
III. De Staat te gebieden de inschrijving van de Combinatie Nedvan ongeldig te verklaren, dan wel de realiteit van die inschrijving te beoordelen;
Subsidiair
I. De Staat te gebieden de aanbesteding te staken en gestaakt te houden;
II. De Staat te gebieden om, voor zover hij de Opdracht nog wenst te vergeven, deze opnieuw door middel van een nieuwe aanbestedingsprocedure in de markt te zetten, waarbij hij zorg dient te dragen voor een prijzenblad dat in overeenstemming is met de verplichtingen die voortvloeien uit het gelijkheids- en transparantiebeginsel;
zowel primair als subsidiair met veroordeling van de Staat in de proceskosten.
4.3.
Harmony legt aan de vorderingen het volgende ten grondslag.
Zaak 25-268
4.3.1.
De inschrijving van Harmony voor Perceel 1 is ten onrechte ongeldig verklaard. Harmony heeft in lijn met de (niet-eenduidige) instructie een tweetal cellen niet ingevuld. Indien dit wel een fout betreft, betreft het een geringe fout die zich leent voor herstel.
Zaak 25-269
4.3.2.
De inschrijving van Harmony voor Perceel 2 is ten onrechte ongeldig verklaard. Het invullen van een trajecttarief met haven/terminal in de Russische Federatie was optioneel en het is momenteel onmogelijk om voor die specifieke dienst een realistisch en marktconform tarief aan te bieden. Deze onmogelijkheid maakt ook dat het niet anders kan zijn dan dat de inschrijving van de Combinatie Nedvan ongeldig is, omdat zij in strijd met de eisen heeft ingeschreven met een niet realistisch en niet marktconform tarief.
In de beide zaken
4.3.3.
Verder is de invulinstructie voor de prijzenbladen gebrekkig. De prijzenbladen zijn meerdere keren gewijzigd en ook na de laatste Nota van Inlichtingen stonden er nog vele fouten in de prijzenbladen. De prijzenbladen waren niet op duidelijke, precieze en ondubbelzinnige wijze geformuleerd en gaven aanleiding tot verschillende interpretaties. Dit maakt de aanbesteding gebrekkig, waardoor heraanbesteding is aangewezen.
4.4.
De Staat voert in beide zaken verweer. De Staat concludeert tot niet-ontvankelijkheid van Harmony, dan wel tot afwijzing van de vorderingen van Harmony, met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van Harmony in de kosten van deze procedure.
4.5.
De Combinatie Nedvan concludeert in beide zaken tot niet-ontvankelijkheid van Harmony, dan wel tot afwijzing van de vorderingen van Harmony en vordert om de Staat te verbieden Perceel 1 en/of 2 aan een ander dan de Combinatie Nedvan te gunnen, voor zover de Staat de Opdracht nog wenst te vergeven, een en ander met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van Harmony in de kosten van de procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente.
4.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
Tussen partijen is in geschil of de Staat de inschrijving van Harmony voor de Percelen 1 en 2 op goede gronden ongeldig heeft verklaard en of de Staat Harmony in de gelegenheid had moeten stellen de gebreken in haar inschrijving voor Perceel 1 te herstellen. Daarnaast is in geschil of de Staat de inschrijving van de Combinatie Nedvan voor Perceel 2 ongeldig had moeten verklaren. Tot slot ligt voor of de aanbestedingsprocedure in verband met verschillende gebreken voor beide percelen dient te worden gestaakt.
5.2.
Bij de beoordeling van de vorderingen is het volgende van belang. De aan het aanbestedingsrecht ten grondslag liggende beginselen van transparantie en gelijke behandeling vereisen dat de voorwaarden voor deelname aan een opdracht tevoren duidelijk moeten zijn bepaald. Op die manier kunnen alle betrokkenen van de procedurele verplichtingen op de hoogte zijn. Zij kunnen er dan ook zeker van zijn dat deze verplichtingen voor alle (potentiële) deelnemers gelden, zodat elk risico van favoritisme en willekeur van de zijde van de aanbestedende dienst wordt uitgebannen. Verder dient de aanbestedende dienst nauwgezet de door haar vastgestelde criteria in acht te nemen, niet alleen tijdens de inschrijvingsprocedure als zodanig maar meer in het algemeen tot aan het einde van de fase van uitvoering van de betrokken aanbesteding (zie onder meer HvJ 29 april 2004, ECLI:EU:C:2004:236 (Succhi di Frutta).
5.3.
Naar vaste jurisprudentie brengen de toepasselijke beginselen van transparantie en gelijkheid mee dat het er bij de uitleg van de aanbestedingsstukken om gaat hoe een behoorlijk geïnformeerd en normaal oplettende gegadigde een criterium heeft kunnen begrijpen. Hierbij moet worden uitgegaan van de zogenaamde ‘CAO-norm’. De bewoordingen van het criterium – gelezen in het licht van de gehele tekst van de overige (relevante) aanbestedingsstukken – zijn van doorslaggevende betekenis, waarbij het aankomt op de betekenis die – naar objectieve maatstaven – volgt uit de bewoordingen waarin die stukken zijn opgesteld.
Perceel 1
5.4.
In Bijlage 2 Specificatie van de opdracht is bepaald dat aan de eisen moet worden voldaan en dat het niet voldoen aan een eis betekent dat een inschrijving wordt uitgesloten van verdere beoordeling en niet meer voor gunning in aanmerking komt, (zie 3.6). Eis 3 van paragraaf 2.2 van Bijlage 2 Specificatie van de opdracht (zie 3.10) houdt in dat het niet is toegestaan om prijzen van € 0,- op te geven of om geen prijs op te geven. Dit betreft een duidelijk geformuleerde, ondubbelzinnige eis. Voor een behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijver moet het duidelijk zijn geweest dat zij overal een prijs diende in te vullen en dat het inschrijven met een nulprijs, dan wel het niet-opgeven van een prijs zou leiden tot ongeldigheid van de inschrijving.
5.5.
Harmony erkent dat zij in strijd met Eis 3 geen tarief heeft ingevuld in de cellen C6 “Basisprijs inclusief 200 km vrij” van de tabbladen 'Origin' en 'Destination'. Op grond van de voorwaarden van de aanbesteding moet dit leiden tot ongeldigheid van haar inschrijving.
5.6.
Aangezien Eis 3 een knock-out-eis betreft (en dus gesanctioneerd is met ongeldigheid van de inschrijving), is er ook geen ruimte voor herstel. Op grond van het aanbestedingsrecht is een aanbestedende dienst immers verplicht de door haar gestelde voorwaarden nauwgezet in acht te nemen. Dat het gaat om slechts twee van de 499 in te vullen cellen is in dit verband niet relevant.
5.7.
Harmony heeft niet aannemelijk gemaakt dat haar omissie te wijten is aan onduidelijkheden in de aanbestedingstukken. Bij het invullen van het prijzenblad ‘Origin’ is de instructie gegeven dat gegadigden in kolom C een basisprijs moesten opgeven waarin begrepen diende te zijn de prijs voor de eerste 200 kilometers vanaf het laadadres (de plaats van vertrek) tot aan de haven/terminal. Voor het prijzenblad ‘Destination’ is dit hetzelfde, maar dan voor de eerste 200 kilometer van de haven/terminal tot aan de bestemming. In de volgende kolommen D tot en met L dienden de (meer)prijzen te worden opgegeven voor de additionele afstand boven de 200 km (kolom D) en (voor) extra volume per verhuizing (E tot en met J). Bij kolom D was de instructie gegeven dat binnen Nederland geen additionele kilometers boven de 200 km in rekening (mogen) worden gebracht. In de kolom D staat achter Nederland dan ook “n.v.t.”. Ook bij vertrekplaatsen in het Caribisch gebied staat in kolom D “n.v.t”, omdat afstanden van meer dan 200 km daar niet mogelijk zijn. Een redelijk geïnformeerde en normaal zorgvuldige inschrijver kan dit niet anders begrijpen dan dat kolom C (basistarief) altijd moet worden ingevuld en kolom D alleen voor de USA. Het betoog van Harmony dat zij de instructie bij kolom D met betrekking tot additionele kilometers in Nederland zo heeft begrepen dat deze betrekking zou kunnen of moeten hebben op kolom C, is niet navolgbaar. Kolom C betreft het basistarief inclusief 200 kilometer en met additionele kilometers kan niets anders bedoeld zijn dan de kilometers boven de 200 die in de basisprijs begrepen zijn. Ook valt niet te begrijpen dat Harmony het ontbreken van een basistarief voor Nederland volgens haar verklaring heeft opgevangen met haar tariefstelling voor de kolommen E tot en met J. Hiermee heeft Harmony gehandeld in strijd met Eis 4, waarin is bepaald dat het niet is toegestaan om met prijzen te schuiven. Harmony heeft ter zitting bij monde van haar algemeen directeur ook erkend dat zij een vergissing heeft gemaakt.
5.8.
Bij de mondelinge behandeling hebben de advocaten van Harmony nog betoogd dat de instructie bij kolom C bij nadere lezing niet alleen voor Nederland maar ook voor de andere locaties onduidelijk was, omdat deze gelet op de kolommen E tot en met J mogelijk overbodig was. Dit betoog stuit af op het feit dat Harmony voor de andere locaties wel een prijs heeft ingevuld in kolom C. Alleen al daarom is het niet aannemelijk dat deze instructie tot de gestelde verwarring heeft geleid.
5.9.
Tussen partijen is niet in geschil dat een basisprijs inclusief 200 kilometer logischerwijs een totaalprijs (lumpsum) betreft. Het feit dat in de instructie bij kolom C ten onrechte staat vermeld dat het gaat om een prijs per kilometer berust op een evidente fout. Ter zitting heeft de Staat verklaard dat deze prijs ook in het calculatieprofiel als lumpsum wordt meegenomen. Aangezien ook Harmony zelf niet heeft begrepen dat het toch om een prijs per kilometer zou gaan, valt niet in te zien waarom dit punt zou moeten leiden tot intrekking van de gunningsbeslissing dan wel heraanbesteding.
5.10.
Ook overigens heeft Harmony niet onderbouwd waarom intrekking van de gunningsbeslissing voor Perceel 1, dan wel heraanbesteding, is aangewezen. Het feit dat het prijzenblad meerdere keren is gewijzigd ontslaat Harmony niet van haar verplichting om het prijzenblad besteksconform in te vullen. Harmony heeft tegenover het verweer van de Staat verder ook niet aannemelijk gemaakt dat de door haar gesignaleerde onvolkomenheden in de definitieve versie van het prijzenblad de integriteit van de aanbestedingsprocedure aantasten.
5.11.
Harmony heeft nog gesteld dat zij na de vijfde Nota van Inlichtingen geen vragen meer heeft gesteld omdat de Staat in die vijfde Nota van Inlichtingen (zie 3.21) zou hebben meegedeeld verdere vragen niet op prijs te stellen. Nog daargelaten dat die Nota van Inlichtingen alleen een verzoek betreft om weloverwogen om te gaan met het stellen van vragen, heeft Harmony niet onderbouwd welke concrete vragen zij achterwege heeft gelaten. Alleen al daarom behoeft dit punt geen verdere bespreking.
Conclusie Perceel 1
5.12.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de Staat de inschrijving van Harmony voor Perceel 1 op goede gronden ongeldig heeft verklaard wegens het ontbreken van twee prijzen in kolom C. De omissie van Harmony leent zich niet voor herstel en er is geen aanleiding tot oplegging van een gebod om de aanbesteding te staken.
Perceel 2
5.13.
Net als voor Perceel 1 (zie 5.4) geldt voor Perceel 2 dat het voor een behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijver duidelijk moet zijn geweest dat zij overal een (marktconform en realistisch) tarief diende in te vullen en dat het inschrijven met een nulprijs, dan wel het niet-opgeven van een prijs zou leiden tot ongeldigheid van de inschrijving. Dit staat ook nog eens in de toelichting op het prijzenblad voor Perceel 2, waar staat dat (i) alle gele cellen dienen te worden ingevuld en (ii) niet volledig of niet-correct ingevulde prijzenbladen ongeldig worden verklaard.
5.14.
Harmony erkent dat zij in strijd met Eis 3 en de toelichting op het prijzenblad geen tarief heeft ingevuld in de (geelgemaakte) cellen E65 en E66 van het tabblad ‘P4 Destination’, waar het gaat om een trajecttarief voor de trajecten Moskou-Moskou en Sint Petersburg-Sint Petersburg. Op grond van de voorwaarden van de aanbestedingsprocedure moet dit leiden tot ongeldigheid van haar inschrijving.
5.15.
Harmony kan niet worden gevolgd in haar betoog dat zij uit het antwoord op vraag 12 uit de eerste Nota van Inlichtingen (zie 3.20) heeft mogen begrijpen dat dat zij geen tarieven hoefde op te geven voor trajecten in Rusland (de Russische Federatie). Blijkens de vraag heeft een inschrijver (kennelijk Harmony) gevraagd of het mogelijk was voor sommige bestemmingen in “onrustige landen” op een andere wijze af te rekenen dan met een trajecttarief. De Staat heeft deze vraag beantwoord met “Nee”. Hierbij heeft de Staat toegelicht dat wijziging van het trajecttarief mogelijk is als bijzondere omstandigheden dat noodzakelijk maken en dat de opdrachtnemer daarvoor een gemotiveerd voorstel moet doen. Voor een behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijver moet het duidelijk zijn geweest dat zij bij inschrijving wél een trajecttarief moest opgeven voor trajecten in onrustige landen, en dat pas later eventueel een aanpassing mogelijk was. De mededeling onderaan in het antwoord dat de mogelijkheid om bij Rusland een trajecttarief in te vullen is toegevoegd betreft een feitelijke mededeling en heeft te maken met het feit dat het in de eerste versie van het prijzenblad technisch niet mogelijk was om in de betreffende vakjes een tarief in te vullen. Gelet op de eis dat overal een prijs diende te worden ingevuld en het antwoord met de strekking dat er ook voor onrustige landen een trajecttarief diende te worden opgegeven, valt niet in te zien hoe de technische mededeling onderaan in het antwoord zo zou kunnen worden uitgelegd dat het invullen van een tarief voor trajecten in Rusland optioneel was.
5.16.
De stelling van Harmony dat het opnemen van tarieven voor Rusland op dit moment volstrekt onbetrouwbaar is en dat zij daarom geen marktconforme en realistische prijzen kon opgeven, maakt het voorgaande niet anders. Harmony heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat er geen marktconforme en realistische tarieven kunnen worden opgeven voor het vervoer binnen Rusland. Het feit dat er volgens haar geen (betrouwbaar) vervoer over zee in Rusland binnenkomt, betekent nog niet dat het vervoer over het natraject niet beprijsd kan worden door de (lokale) partij die dat transport gaat uitvoeren. Hierbij merkt de voorzieningenrechter op dat (i) onzeker is of de situatie in Rusland gedurende de gehele looptijd van de raamovereenkomst onrustig blijft; (ii) de Staat heeft voorzien in een mogelijkheid om het trajecttarief aan te passen bij gewijzigde omstandigheden; en (iii) Harmony niet heeft weersproken dat zij het betreffende prijzenblad in andere kolommen (F tot en met M) voor Moskou en Sint Petersburg kennelijk wel marktconforme tarieven heeft weten op te geven, zoals zij dat overigens ook heeft gedaan voor het (voor)traject op het tabblad ‘Origin’.
5.17.
Indien Harmony in de gegeven omstandigheden toch geen tarief wilde invullen voor Rusland, dan had zij daarover een nadere vraag moeten stellen. Gelet op de eisen en de duidelijke instructies kon Harmony niet volstaan met het openlaten van deze tarieven om pas na de gunningsbeslissing hierover te klagen.
Inschrijving van de Combinatie Nedvan ongeldig?
5.18.
Gelet op het voorgaande maakt het feit dat de Combinatie Nedvan wel tarieven heeft opgegeven voor vervoer in de Russische Federatie niet dat haar inschrijving ongeldig is. Er bestaat geen reden om aan te nemen dat de door de Combinatie Nedvan opgegeven tarieven niet realistisch en marktconform zijn. Dit maakt dat de vordering om de Staat te verplichten de inschrijving van de Combinatie Nedvan ongeldig te verklaren, dan wel om naar die geldigheid nader onderzoek te doen, wordt afgewezen.
Intrekking aanbestedingsprocedure
5.19.
Nu Harmony niet aannemelijk heeft gemaakt dat het niet mogelijk was om realistische en marktconforme tarieven op te geven voor Rusland, kan dit ook geen reden vormen voor intrekking van de aanbestedingsprocedure.
5.20.
Voor de overige door Harmony gestelde gebreken en onvolkomenheden geldt dat Harmony niet aannemelijk heeft gemaakt dat deze gebreken en onvolkomenheden aan gunning in de weg staan. Verder geldt dat het op haar weg lag om conform het bepaalde in het Beschrijvend Document op die punten tijdig vragen te stellen en om zo nodig een klacht in te dienen. Nu zij dat heeft nagelaten heeft zij haar rechten verwerkt om nu nog over die punten te klagen. Dat zij er volgens haar verklaring voor gekozen heeft om geen (verdere) vragen te stellen en zich te concentreren op haar inschrijving, komt voor haar rekening en risico.
Conclusie met betrekking tot perceel 2
5.21.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de Staat de inschrijving van Harmony voor Perceel 2 op goede gronden ongeldig heeft verklaard wegens het ontbreken van twee prijzen in tabblad ‘Destination’. Er is geen aanleiding om te twijfelen aan de geldigheid van de inschrijving van de Combinatie Nedvan. Er is ook geen aanleiding tot oplegging van een gebod om de aanbesteding te staken.
In beide zaken
5.22.
De overige door Harmony naar voren gebrachte gebreken maken dat niet anders.
Het feit dat de Staat in de gunningsbeslissingen ten onrechte heeft vermeld dat hij voornemens was de opdracht te gunnen aan “Nedvan Mobility Solutions B.V.” in plaats van aan de Combinatie Nedvan, is onvoldoende om aan te nemen dat de Staat niet de vereiste zorgvuldigheid in acht heeft genomen. Mede gelet op het feit dat de Staat een rectificatie van de gunningsbeslissing heeft verzonden, is er geen reden te veronderstellen dat de combinanten niet allemaal een UEA hebben ingediend. Daar komt bij dat de Staat ter zitting heeft verklaard dat hij de inschrijving van de Combinatie Nedvan voorafgaand aan de definitieve gunning nog zal onderwerpen aan de gebruikelijke verificatie.
Slotsom, proceskosten
5.23.
De slotsom is dat de vorderingen van Harmony in beide zaken worden afgewezen. Harmony wordt daarom in beide zaken veroordeeld in de proceskosten van de Staat.
5.24.
Omdat de Staat voornemens is de opdracht voor de Percelen 1 en 2 definitief te gunnen aan Combinatie Nedvan brengt de afwijzing van de vorderingen van Harmony mee dat Combinatie Nedvan geen belang (meer) heeft bij toewijzing van haar vorderingen tot gunning aan haar, zodat deze worden afgewezen. De Combinatie Nedvan wordt in beide zaken veroordeeld in de kosten van de Staat. Deze kosten worden begroot op nihil, aangezien niet is gebleken dat de Staat als gevolg van deze vorderingen extra kosten heeft moeten maken. Ondanks de afwijzing van de vorderingen van de Combinatie Nedvan, moet Harmony in haar verhouding tot de Combinatie Nedvan worden aangemerkt als de in het ongelijk gestelde partij. Het doel van de Combinatie Nedvan was immers te voorkomen dat herbeoordeling of heraanbesteding zou plaatsvinden en dat doel is bereikt. Harmony wordt dan ook in beide zaken veroordeeld in de proceskosten van de Combinatie Nedvan. De proceskosten (inclusief nakosten) aan de zijde van de Staat en de Combinatie Nedvan worden voor ieder van hen begroot op:
- griffierecht
714,00
- salaris advocaat
1.107,00
- nakosten
178,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
1.999,00
5.25.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

6.De beslissing

in beide zaken:
De voorzieningenrechter:
6.1.
wijst de vorderingen van Harmony en de Combinatie Nedvan af;
6.2.
veroordeelt de Combinatie Nedvan voor wat betreft de door haar ingestelde vorderingen in de proceskosten, aan de zijde van de Staat begroot op nihil;
6.3.
veroordeelt Harmony in de overige proceskosten aan de zijde van de Staat en de Combinatie Nedvan voor ieder van hen vastgesteld op € 1.999,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als Harmony niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend;
6.4.
veroordeelt Harmony tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald;
6.5.
verklaart dit vonnis wat betreft de proceskostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.F. Hesselink en in het openbaar uitgesproken op 16 juni 2025.
WJ