ECLI:NL:RBDHA:2025:11072
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Compensatie transitievergoeding bij langdurige arbeidsongeschiktheid en WIA-afwijzing
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 mei 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting [eiseres] en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. De eiseres had een transitievergoeding van € 10.636,41 bruto betaald aan een ex-werkneemster die zich per 1 februari 2021 ziek had gemeld. De aanvraag van de ex-werkneemster voor een WIA-uitkering werd door verweerder op 30 januari 2023 afgewezen, omdat zij niet 104 weken ziek was geweest. Eiseres verzocht om compensatie van de transitievergoeding, maar deze aanvraag werd afgewezen omdat niet voldaan was aan de voorwaarden voor compensatie, zoals vastgelegd in artikel 7:673e van het Burgerlijk Wetboek. De rechtbank heeft de zaak op 6 maart 2025 behandeld, waarbij de gemachtigde van eiseres en de gemachtigde van verweerder aanwezig waren. De rechtbank oordeelde dat de ex-werkneemster voor het einde van de 104 weken ziekte, namelijk per 19 januari 2023, geschikt was bevonden voor haar werk. Dit betekende dat eiseres niet in aanmerking kwam voor compensatie van de transitievergoeding. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.