In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 januari 2025 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van eiser, die door de Minister van Asiel en Migratie was opgelegd. De minister had op 14 januari 2025 de maatregel van bewaring opgelegd op basis van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000, en op 17 januari 2025 een aanvullend terugkeerbesluit genomen. Eiser heeft tegen beide besluiten beroep ingesteld, waarbij het beroep tegen de maatregel van bewaring tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. De rechtbank heeft de beroepen op 21 januari 2025 behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. A.D. Kupelian, en de minister werd vertegenwoordigd door mr. J. Kaikai.
De rechtbank heeft overwogen dat de gronden voor de maatregel van bewaring voldoende zijn om deze te rechtvaardigen. De minister had onder andere gesteld dat eiser zich aan het toezicht zou onttrekken en dat hij eerder niet aan zijn verplichtingen tot terugkeer had voldaan. Eiser heeft de gronden niet bestreden, waardoor de rechtbank concludeert dat er een significant risico bestaat dat eiser zich aan het toezicht zal onttrekken.
Daarnaast heeft de rechtbank geoordeeld dat de minister volstond met een aanvullend terugkeerbesluit, omdat het eerdere besluit van 30 maart 2023 al in rechte vaststond. Eiser had aangevoerd dat het aanvullend terugkeerbesluit te laat was genomen, maar de rechtbank oordeelde dat de minister dit besluit mocht aanvullen met de vermelding van Algerije als land van terugkeer.
Tot slot heeft de rechtbank geoordeeld dat de minister voldoende gemotiveerd heeft waarom niet met een lichter middel kon worden volstaan. Eiser had aangevoerd dat hij een vriendin en kind in België heeft, maar de rechtbank oordeelde dat de minister terecht heeft gesteld dat in dit geval geen andere, minder dwingende maatregelen doeltreffend konden worden toegepast. De rechtbank verklaarde de beroepen ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af.