ECLI:NL:RBDHA:2025:10686
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de weigering van compensatie voor toeslagjaren 2015 tot en met 2018
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 18 juni 2025, wordt het beroep van eiseres tegen de weigering van de Dienst Toeslagen om compensatie toe te kennen voor de toeslagjaren 2015, 2016, 2017 en 2018 beoordeeld. Eiseres had eerder compensatie ontvangen voor de jaren 2007, 2008, 2010 en 2011, maar haar verzoek voor de latere jaren werd afgewezen. De rechtbank behandelt de argumenten van eiseres, die stelt dat de verrekeningen van kinderopvangtoeslag in 2015 en 2016 haar in financiële problemen hebben gebracht en dat er sprake was van vooringenomenheid door de Dienst Toeslagen. De rechtbank concludeert dat er geen bewijs is dat de Dienst Toeslagen in strijd met de geldende regels heeft gehandeld en dat de afwijzing van de compensatie terecht was. Eiseres krijgt geen vergoeding van haar proceskosten en het beroep wordt ongegrond verklaard. De uitspraak benadrukt dat de wetgever bewust heeft gekozen voor een forfaitaire compensatie per toeslagjaar en dat vervolg- of gevolgschade niet onder de schade valt zoals bedoeld in de Wet hersteloperatie toeslagen.