Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], verzoeker,
de minister van Asiel en Migratie, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 10 juni 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, die een aanvraag had ingediend voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, had bezwaar gemaakt tegen het besluit van de minister van Asiel en Migratie, die de aanvraag niet in behandeling had genomen. Na de beslissing op bezwaar door de minister op 20 maart 2025, heeft verzoeker de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft echter geoordeeld dat het verzoek niet-ontvankelijk is, omdat er op het moment van de uitspraak geen bezwaar of beroep meer aanhangig was. Dit was het gevolg van het feit dat verzoeker geen beroep had ingesteld tegen de beslissing op bezwaar, terwijl de termijn daarvoor inmiddels was verstreken. De voorzieningenrechter heeft ook overwogen dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.