ECLI:NL:RBDHA:2024:988

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 januari 2024
Publicatiedatum
30 januari 2024
Zaaknummer
NL23.31568
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen niet tijdig beslissen in asielzaak met bijzondere omstandigheden

In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 24 januari 2024, is het beroep van eiser tegen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid gegrond verklaard. Eiser had beroep ingesteld omdat er niet tijdig een beslissing was genomen op zijn asielaanvraag. De rechtbank constateerde dat er sprake was van bijzondere omstandigheden, waaronder achterstanden in de behandeling van asielaanvragen. De rechtbank oordeelde dat een nadere beslistermijn van maximaal acht weken na de datum van verzending van de uitspraak redelijk was. Dit was in het belang van zowel de verweerder, die een zorgvuldige beslissing moest nemen, als de eiser, die snel duidelijkheid wilde over zijn aanvraag.

De rechtbank heeft ook de proceskosten vastgesteld en verweerder opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak een besluit te nemen. Indien verweerder deze termijn overschrijdt, verbeurt hij een dwangsom van € 100 per dag, met een maximum van € 7.500. De rechtbank heeft de door verweerder verbeurde dwangsom vastgesteld op € 1.442 en veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 437,50. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.31568

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam], eiser

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. E.G. Grigorjan),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Eiser heeft beroep ingesteld.
Verweerder heeft de gelegenheid van verweer gehad.

Overwegingen

Voor het wettelijk kader en de aan het beroep ten grondslag liggende overwegingen verwijst de rechtbank naar de aan deze uitspraak gehechte bijlage.
Is de beslistermijn overschreden?
( x) Ja
( ) Nee

Is er een correcte ingebrekestelling en is het beroep meer dan twee weken later ingesteld?

( x) Ja
( ) Nee
Is het beroep gegrond?
( ) Nee
Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk omdat niet is voldaan aan de voorwaarden voor het instellen van beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit.
(x) Ja
Heeft eiser de rechtbank verzocht om de bestuurlijke dwangsom vast te stellen?
( ) Verweerder heeft al een besluit genomen over de dwangsom.
(x) Ja
( ) Nee, verweerder moet de dwangsom daarom nog vaststellen.
Is er een bestuurlijke dwangsom verbeurd?
( ) Ja, de rechtbank stelt de door verweerder verbeurde dwangsom vast op € 1.442.
(x) Nee
( ) De rechtbank heeft in een eerder beroep al beslist op de bestuurlijke dwangsom.
Binnen welke termijn moet verweerder alsnog een besluit nemen?
( ) Verweerder heeft geen bijzondere omstandigheden gesteld. De rechtbank stelt daarom een nadere termijn vast van veertien dagen vanaf de datum waarop de uitspraak naar partijen wordt verstuurd.
( x) Er is sprake van bijzondere omstandigheden. Er zijn achterstanden in de behandeling van asielaanvragen. De rechtbank acht een nadere beslistermijn van maximaal acht weken na de datum van verzending van deze uitspraak redelijk. Hierbij wordt zowel recht gedaan aan het belang van verweerder om een zorgvuldige beslissing te nemen, als aan het belang van eiser om op korte termijn een beslissing te krijgen op de aanvraag. Ook wordt met deze nadere beslistermijn rekening gehouden met de uiterste termijn van 21 maanden, zoals genoemd in artikel 31, vijfde lid, van de Procedurerichtlijn.
( ) Er is sprake van bijzondere omstandigheden, de rechtbank heeft verweerder echter eerder al een termijn gesteld zonder dat verweerder heeft beslist. De rechtbank stelt daarom een nadere termijn vast van veertien dagen vanaf de datum waarop de uitspraak naar partijen is verstuurd.
( ) Er is sprake van bijzondere omstandigheden, met de door verweerder genoemde termijn wordt echter de uiterste termijn overschreden van 21 maanden zoals genoemd in artikel 31, vijfde lid, van de Procedurerichtlijn. De rechtbank ziet daarom aanleiding om verweerder op te dragen zo snel mogelijk op de asielaanvraag te beslissen, maar uiterlijk twee weken na verzending van deze uitspraak
Is er aanleiding om een rechterlijke dwangsom op te leggen?
( x) Ja
( ) Nee
Hoe hoog is de rechterlijke dwangsom als verweerder niet binnen deze termijn beslist?(x) € 100 per dag met een maximum van € 7.500.
( ) Een ander bedrag.
Is er aanleiding om proceskosten vast te stellen?
( x) Ja
( ) Nee
Hoe hoog zijn de te vergoeden proceskosten?De volgende proceskosten worden toegekend:
( x) 1 punt voor het indienen van het beroepschrift
( ) 1 punt voor de nadere reactie(s)
( ) 0,5 punt voor een nadere reactie
met een waarde per punt van € 875 en een wegingsfactor 0,5.

Beslissing

De rechtbank:
( ) verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
( x) verklaart het beroep gegrond;
( ) stelt de door verweerder verbeurde dwangsom vast op € 1.442;
( x) draagt verweerder op binnen acht weken na de verzending van deze uitspraak een besluit bekend te maken met inachtneming van deze uitspraak;
( ) draagt verweerder op uiterlijk op _______________________ een besluit bekend te maken met inachtneming van deze uitspraak;
( x) bepaalt dat verweerder aan belanghebbende een dwangsom van (x) € 100 / ( ) € 200 verbeurt voor elke dag waarmee hij de hiervoor genoemde termijn overschrijdt, met een maximum van (x) € 7.500;
( x) veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 437,50.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.C.J. van Dooijeweert, rechter, in aanwezigheid van
mr.R. de Mul, griffier, en openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.