ECLI:NL:RBDHA:2024:9807

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
12 juni 2024
Publicatiedatum
24 juni 2024
Zaaknummer
NL24.19093
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag op grond van Dublinverordening

Op 12 juni 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer NL24.19093. Verzoekers, vertegenwoordigd door hun gemachtigde mr. E.D. van Elst, hebben een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening in het kader van hun asielaanvraag. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. S. Aboulouafa, heeft de aanvragen van verzoekers op 1 mei 2024 niet in behandeling genomen, met als reden dat België verantwoordelijk is voor de behandeling van deze aanvragen op basis van de Dublinverordening.

Tijdens de zitting op 28 mei 2024 zijn de verzoekers niet verschenen, ondanks dat zij op de hoogte waren van de zitting. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld, maar heeft geconcludeerd dat een voorlopige voorziening niet meer nodig is, aangezien er op dezelfde dag een uitspraak is gedaan in een andere zaak (NL24.19092) die verband houdt met het beroep van de verzoekers. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen.

De uitspraak is gedaan door mr. J.H. Lange, in aanwezigheid van griffier mr. S.J. Valk, en is openbaar gemaakt op 12 juni 2024. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, aangezien de verzoekers niet zijn verschenen en het verzoek is afgewezen.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL24.19093
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen
[verzoeker 1] , [verzoekster] en [verzoeker 2], V-nummers: [V-nummer 1] , [V-nummer 2] en [V-nummer 3] , verzoekers
(gemachtigde: mr. E.D. van Elst), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. S. Aboulouafa).

Procesverloop

Bij besluit van 1 mei 2024 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvragen van verzoekers tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat België verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoekers hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaak NL24.19092, op 28 mei 2024 op zitting behandeld. Verzoekers zijn, met bericht van verhindering, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL24.19092, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.H. Lange, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.J. Valk, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
12 juni 2024

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.