ECLI:NL:RBDHA:2024:9484
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 10 juni 2024 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door mr. R.C. van den Berg, had tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. Dit besluit, genomen op 11 april 2024, hield in dat de asielaanvraag van de verzoeker buiten behandeling werd gesteld. De verzoeker vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, maar de voorzieningenrechter heeft besloten dat het onderzoek ter zitting verder achterwege blijft en het verzoek om een voorlopige voorziening afwijst.
De voorzieningenrechter overweegt dat er op dezelfde dag, in een andere zaak met nummer NL24.17386, al een uitspraak is gedaan op het beroep van de verzoeker. Hierdoor is er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.