ECLI:NL:RBDHA:2024:9224
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag van een Turkse nationaliteit met betrokkenheid bij de Gülenbeweging
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar asielaanvraag. Eiseres, een Turkse vrouw geboren in 1998, heeft in 2017 problemen ondervonden vanwege haar betrokkenheid bij de Gülenbeweging. Na een arrestatie en een opgelegd uitreisverbod heeft zij in 2022 opnieuw problemen ervaren, waaronder intimidatie door haar werkgever en de arrestatie van een vriend. Eiseres heeft op 29 september 2023 een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel ingediend, die door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 11 april 2024 als ongegrond is afgewezen. De rechtbank heeft op 13 mei 2024 de zaak behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigde van verweerder en een tolk. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris onvoldoende heeft gemotiveerd waarom eiseres geen vluchteling is, ondanks haar vrees voor vervolging in Turkije. De rechtbank wijst op de recente gebeurtenissen die aanleiding gaven voor haar vertrek en concludeert dat er wel degelijk sprake is van 'geringe indicaties' voor vervolging. De rechtbank vernietigt het besluit van de staatssecretaris en draagt deze op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, rekening houdend met de uitspraak. Eiseres krijgt een proceskostenvergoeding van € 1.750,-.