Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 februari 2024 uitspraak gedaan in een procedure over de maatregel van bewaring van een Algerijnse vreemdeling. De eiser, die stelt van Algerijnse nationaliteit te zijn, heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van de maatregel van bewaring die op 23 november 2023 door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was opgelegd. Eiser verzocht tevens om schadevergoeding. De rechtbank heeft bepaald dat een onderzoek ter zitting achterwege blijft en heeft de zaak op basis van de ingediende stukken beoordeeld.
De rechtbank overweegt dat de maatregel van bewaring rechtmatig was tot het moment van het sluiten van het onderzoek dat aan een eerdere uitspraak ten grondslag lag. Eiser voert aan dat er geen zicht op uitzetting is, onder andere omdat hij niet mee zou zijn gegaan naar de Algerijnse ambassade. Hij stelt dat zijn terugkeer naar Frankrijk, waar hij eerder verbleef, moet worden onderzocht in plaats van uitzetting naar Algerije. De rechtbank concludeert echter dat het aan de verweerder is om te bepalen welk traject het meest kansrijk is voor uitzetting en dat er zicht op uitzetting bestaat, mits eiser zijn medewerking verleent aan het onderzoek naar zijn identiteit.
De rechtbank heeft ook overwogen dat eisers stelling dat hij kwetsbaar is en daardoor detentieongeschikt zou zijn, niet voldoende is onderbouwd met medische documenten. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 23 februari 2024.