Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
verzoekende partij,
verwerende partij,
1.Procedure
- het verzoekschrift met 8 producties ingekomen op 3 oktober 2022;
- het verweerschrift, met producties A en B.
2.De feiten
3.Het geschil
- een verklaring voor recht dat NN c.q. haar verzekerde aansprakelijk is voor de door [verzoeker] geleden materiele en immateriële schade;
- NN te veroordelen om aan [verzoeker] een voorschot op deze schade te betalen van
- de kosten van deze deelgeschilprocedure te begroten op € 2.554,81 en NN te veroordelen tot betaling van dit bedrag.
€ 7.7981,24. Deze schade bestaat uit schade aan de auto van [verzoeker] , kosten van huishoudelijke hulp, reiskosten en smartengeld.
€ 1.250,00 bovenmatig is gelet op het letsel van [verzoeker] . Zij heeft, voor zover bekend, door het ongeval alleen last aan haar arm gehad. Aangezien de schadeposten niet zijn onderbouwd, dient het voorschot op de schade te worden afgewezen.
4.De beoordeling
Artikel 54 RVV bepaalt dat als een bestuurder een bijzondere manoeuvre uitvoert zoals wegrijden, achteruitrijden, uit een uitrit de weg oprijden, van een weg een inrit oprijden, keren, van een invoegstrook de doorgaande rijbaan oprijden, van de doorgaande rijbaan de uitrijstrook oprijden en van rijstrook wisselen, die bestuurder het overige verkeer voor moet laten gaan;
;
€ 2.668,05.