ECLI:NL:RBDHA:2024:8018

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
10 mei 2024
Publicatiedatum
27 mei 2024
Zaaknummer
NL24.14837
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak na beslissing op beroep

In de zaak met zaaknummer NL24.14837 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 10 mei 2024 uitspraak gedaan. Verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. A.J. de Boer, had een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening in te stellen na de afwijzing van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Deze aanvraag was op 2 april 2024 afgewezen als kennelijk ongegrond. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en tegelijkertijd verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 2 mei 2024 behandeld, samen met een andere zaak (NL24.14836).

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er op dezelfde dag uitspraak is gedaan in de andere zaak, waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig is. Om deze reden heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 10 mei 2024 en tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL24.14837
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], verzoeker V-nummer: [V-nummer] (gemachtigde: mr. A.J. de Boer),
en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. P.M.W. Jans).

Procesverloop

Bij besluit van 2 april 2024 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL24.14836, op
2 mei 2024 op zitting behandeld. Verzoeker heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL24.14836, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. P.J.M. Mol, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S. van den Broek, griffier.
zaaknummer: NL24.14837
2
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
10 mei 2024

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.