ECLI:NL:RBDHA:2024:744

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
18 januari 2024
Publicatiedatum
24 januari 2024
Zaaknummer
NL23.34512
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van asielaanvragen in de verlengde asielprocedure

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 18 januari 2024 uitspraak gedaan in de zaken van twee verzoekers, die asiel aanvragen hadden ingediend. De verzoekers, aangeduid met V-nummers, hebben tegen de besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die hun asielaanvragen als kennelijk ongegrond had afgewezen, beroep ingesteld. Tevens hebben zij de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. De rechtbank heeft de verzoeken behandeld zonder zitting, op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen verwezen naar een eerdere uitspraak van dezelfde rechtbank, waarin de beroepen van de verzoekers zijn behandeld. Gezien de inhoud van die uitspraak, heeft de voorzieningenrechter de verzoeken om voorlopige voorziening als kennelijk ongegrond afgewezen. Daarnaast is er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De beslissing van de voorzieningenrechter is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummers: NL23.34512 en NL23.34519

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen

[naam 1], V-nummer: [nummer 1], verzoeker

[naam 2], V-nummer: [nummer 2], verzoekster
hierna tezamen: verzoekers
(gemachtigde: mr. D. van Elp),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Bij twee afzonderlijke besluiten van 26 oktober 2023 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de asielaanvragen van verzoekers in de verlengde asielprocedure afgewezen als kennelijk ongegrond.
Verzoekers hebben tegen de bestreden besluiten beroepen ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.34511 en NL23.34518, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op de beroepen van verzoekers. De verzoeken worden daarom als kennelijk ongegrond afgewezen.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.E. van de Merbel, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. W. van Loon, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.