ECLI:NL:RBDHA:2024:7366

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 mei 2024
Publicatiedatum
16 mei 2024
Zaaknummer
NL 23.29022
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake tijdelijke bescherming Oekraïense verzoekers

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 16 mei 2024 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. De verzoekers, allen van Oekraïense nationaliteit, hebben bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin werd vastgesteld dat zij niet in aanmerking komen voor tijdelijke bescherming op basis van Richtlijn 2001/55/EG. Dit primaire besluit werd genomen op 4 september 2023. Na het indienen van bezwaar hebben de verzoekers de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Op 14 maart 2024 heeft de Staatssecretaris beslist op het bezwaarschrift van de verzoekers, maar zij hebben geen beroep ingesteld tegen deze beslissing.

De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechter constateerde dat er geen beroepsprocedure loopt tegen het bestreden besluit, wat betekent dat het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk is. De voorzieningenrechter heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. C.H. de Groot, in aanwezigheid van griffier B.A. van der Wiel, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.29022

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoekers],

geboren op [geboortedatum],
V-nummer: [vnummer]

[verzoekers],

geboren op [geboortedatum]
V-nummer: [vnummer]

[verzoekers],

geboren op [geboortedatum],
V-nummer: [vnummer]

[verzoekers],

geboren op [geboortedatum],
V-nummer: [vnummer]

[verzoekers],

Geboren op [geboortedatum],
V-nummer: [vnummer]

[verzoekers],

Geboren op [geboortedatum],
V-nummer: [vnummer]
allen van Oekraïense nationaliteit
hierna gezamenlijk te noemen: verzoekers
(gemachtigde: mr. H.T. Gerbrandy),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

Procesverloop

In het besluit van 4 september 2023 (primaire besluit) heeft verweerder beslist dat verzoekers niet in aanmerking komen voor tijdelijke bescherming als bedoeld in Richtlijn 2001/55/ EG.
Verzoekers hebben tegen het primaire besluit bezwaar gemaakt. Zij hebben de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Verweerder heeft op 14 maart 2024 beslist op het bezwaarschrift van verzoekers.
Verzoekers hebben geen beroep ingesteld tegen de beslissing op het bezwaarschrift.

Overwegingen

De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.
Het verzoek om voorlopige voorziening gaat over het primaire besluit en het bestreden besluit. De voorzieningenrechter constateert dat tegen dat laatste besluit geen beroepsprocedure loopt. Alleen als dat wel het geval is, kan iemand een verzoek om voorlopige voorziening doen. Het verzoek om voorlopige voorziening is daarom niet-ontvankelijk.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter verklaart het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. C.H. de Groot, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van B.A. van der Wiel, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.