ECLI:NL:RBDHA:2024:7141
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Hersteluitspraak inzake kennelijke misslag in rechtsmiddelenclausule
Op 7 mei 2024 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, een hersteluitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser, vertegenwoordigd door mr. P.R. van de Water, en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. K. Kanters. De rechtbank constateerde dat haar eerdere uitspraak van 30 april 2024 een kennelijke misslag bevatte in de rechtsmiddelenclausule. In deze clausule was ten onrechte vermeld dat hoger beroep binnen 1 week na verzending van de uitspraak kon worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De rechtbank heeft deze misslag hersteld door de termijn voor het indienen van een hogerberoepschrift te verlengen naar 4 weken na verzending van de uitspraak. Tevens is er een mogelijkheid voor de indiener om een voorlopige voorziening te vragen bij de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, indien er sprake is van spoed. De uitspraak is gedaan door mr. S.E. van de Merbel en openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze hersteluitspraak staat geen rechtsmiddel open.