Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
Is er in strijd gehandeld met artikel 5.3 van het Vb?
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 22 januari 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de vreemdelingenbewaring van eiser, die de Marokkaanse nationaliteit heeft. Eiser is op 1 januari 2024 overgenomen na een strafrechtelijke detentie en heeft tegen de opgelegde maatregel van bewaring beroep ingesteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, voldaan heeft aan zijn informatieplicht zoals vastgelegd in artikel 5.3 van het Vreemdelingenbesluit (Vb). Eiser, die de Nederlandse taal voldoende beheerst, heeft geen tolk nodig gehad tijdens de zitting en is adequaat geïnformeerd over de gronden van de maatregel en zijn rechtsmiddelen.
De rechtbank heeft de argumenten van eiser, die stelde dat de maatregel niet schriftelijk in een begrijpelijke taal was uitgereikt, verworpen. De rechtbank concludeert dat eiser voldoende is geïnformeerd over zijn rechten en de juridische gronden van de bewaring. De rechtbank heeft geen redenen gevonden om de maatregel onrechtmatig te achten en heeft het beroep ongegrond verklaard. Tevens is het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan binnen een week na bekendmaking worden aangevochten bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.