Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
Schending termijnen in beroep?
Het zicht op uitzetting
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 4 januari 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een vreemdeling, eiser, van Marokkaanse nationaliteit. De maatregel van bewaring was op 17 maart 2023 opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, en eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. Eiser verzocht om schadevergoeding en stelde dat de termijn voor het indienen van het dossier door verweerder was overschreden, wat zijn belangen zou hebben geschaad. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat verweerder zich aan de geldende termijnen heeft gehouden en dat er geen sprake was van een schending van de procesregels. De rechtbank heeft de argumenten van eiser verworpen en vastgesteld dat er voldoende zicht op uitzetting is, aangezien de Marokkaanse autoriteiten de nationaliteit van eiser hebben bevestigd. De rechtbank heeft ook overwogen dat eiser onvoldoende meewerkt aan zijn uitzetting, wat de voortduring van de maatregel rechtvaardigt. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 4 januari 2024.