In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 18 april 2024, wordt een machtiging tot uithuisplaatsing verleend voor een minderjarige, hierna te noemen [minderjarige]. De zaak betreft een verzoek van de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering (GI) om de minderjarige in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder te plaatsen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders van [minderjarige], die beiden geen vaste woon- of verblijfplaats hebben, niet in staat zijn om voor haar te zorgen. De minderjarige verblijft momenteel in een hybride groep binnen een jeugdinstelling en heeft positieve stappen gezet in haar ontwikkeling. De kinderrechter heeft de noodzaak van de uithuisplaatsing onderbouwd met de feiten dat de minderjarige gemotiveerd is om aan haar toekomst te werken en dat er een administratieve fout heeft plaatsgevonden waardoor de eerdere machtiging is verlopen. De kinderrechter heeft de machtiging tot uithuisplaatsing goedgekeurd, met de mogelijkheid tot verlenging van de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing tot aan de meerderjarigheid van [minderjarige]. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.