ECLI:NL:RBDHA:2024:662
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van bezwaar tegen niet-ontvankelijk verklaring van college inzake Tozo-uitkering
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 10 januari 2024, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Den Haag beoordeeld. Eiser had bezwaar gemaakt tegen een brief van het college, waarin mededelingen van feitelijke aard waren opgenomen, maar die niet gericht waren op enig rechtsgevolg. De rechtbank heeft vastgesteld dat het college het bezwaar van eiser terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. De zaak betreft de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (Tozo), waarbij eiser eerder Tozo-uitkeringen had ontvangen. Het college had in eerdere besluiten bedragen teruggevorderd van eiser, maar het bezwaar tegen de brief van 18 februari 2022 werd niet-ontvankelijk verklaard omdat deze brief geen besluit was in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en dat eiser geen griffierecht terugkrijgt, noch een vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.