ECLI:NL:RBDHA:2024:6238
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag uitkering Schadefonds Geweldsmisdrijven wegens onvoldoende bewijs van getuigenis
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 9 april 2024, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een uitkering uit het Schadefonds Geweldsmisdrijven beoordeeld. Eiseres had op 31 december 2022 verklaard getuige te zijn geweest van een schietpartij waarbij haar ex-partner gewond raakte. De Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven had haar aanvraag echter afgewezen, omdat eiseres niet aannemelijk had gemaakt dat zij getuige was van een opzettelijk gepleegd geweldsmisdrijf. De rechtbank oordeelt dat de enkele verklaring van het slachtoffer niet voldoende is en dat er objectieve aanwijzingen moeten zijn die de verklaring ondersteunen. Eiseres had wisselende verklaringen afgelegd en er was geen objectieve informatie die haar verhaal bevestigde. De rechtbank concludeert dat verweerder zich in redelijkheid op het standpunt heeft gesteld dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij getuige was van een geweldsmisdrijf. Het beroep van eiseres op het gelijkheidsbeginsel wordt eveneens afgewezen, omdat zij niet heeft aangetoond dat haar situatie vergelijkbaar is met andere gevallen van huiselijk geweld. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiseres geen uitkering ontvangt en geen vergoeding van proceskosten krijgt.