ECLI:NL:RBDHA:2024:6010
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- mr. drs. J. de Vries
- mr. M.J.J. Roks
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvragen van Marokkaanse eisers wegens veilig land van herkomst en desertie
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag de beroepen van twee Marokkaanse eisers tegen de afwijzing van hun asielaanvragen door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De eisers, die samen met hun minderjarige kinderen asiel hebben aangevraagd, stellen dat zij vanwege desertie uit het Marokkaanse leger vrezen voor vervolging bij terugkeer naar Marokko. De rechtbank behandelt de beroepen en de verzoeken om voorlopige voorzieningen, die zijn ingediend na de afwijzing van hun aanvragen op 22 maart 2024. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris de aanvragen terecht als kennelijk ongegrond heeft afgewezen, omdat Marokko als veilig land van herkomst wordt beschouwd en de eisers niet aannemelijk hebben gemaakt dat zij bij terugkeer een reëel risico op vervolging lopen.
De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris de asielaanvragen niet onterecht versneld heeft behandeld, aangezien de eisers afkomstig zijn uit een veilig land. De rechtbank wijst erop dat desertie op zichzelf niet voldoende is voor het verkrijgen van asiel, en dat de staatssecretaris voldoende heeft gemotiveerd dat de eisers niet in aanmerking komen voor bescherming. De rechtbank vernietigt de bestreden besluiten, maar laat de rechtsgevolgen in stand, wat betekent dat de afwijzing van de asielaanvragen blijft gelden. Tevens wordt de staatssecretaris veroordeeld tot het betalen van proceskosten aan de eisers.