Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 februari 2024 in de zaak tussen
[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres
het college van burgemeester en wethouders van Gouda, verweerder
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
.Daardoor kan eiseres ’s nachts niet naar het toilet gaan dat zich op de benedenverdieping bevindt. Eiseres heeft daarom op 8 september 2022 een melding op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gedaan, waarbij is verzocht om een maatwerkvoorziening te treffen door middel van het plaatsen van een vast toilet op de eerste verdieping van haar woning.
Beoordeling door de rechtbank
3 oktober 2022 van de Wmo-consulent terecht de conclusie heeft getrokken dat een toiletstoel een adequate voorziening is voor eiseres. Daarbij acht de rechtbank van belang dat uit het onderzoek volgt dat eiseres overdag geen of weinig belemmeringen ondervindt bij het traplopen. Eiseres kan de toiletstoel daarom overdag legen. Dat heeft zij ook niet betwist. In hetgeen eiseres heeft aangevoerd, ziet de rechtbank geen aanleiding voor het oordeel dat de toiletstoel geen passende voorziening is. Dat eiseres niet van de toiletstoel gecharmeerd was, maakt niet dat de voorziening niet passend is. Verder overweegt de rechtbank nog dat voor de beoordeling of de toiletstoel een passende voorziening is, geen vereiste is dat de voorziening al is besproken tijdens het huisbezoek. De omstandigheid dat de toiletstoel niet ter sprake is gekomen tijdens het huisbezoek op 3 oktober 2022, en dat eiseres in de veronderstelling was dat de aanvraag zou worden toegewezen, betekent niet dat verweerder de kosten moet vergoeden. Deze grond slaagt dus niet.
Beslissing
mr.Y. Al-Qaq, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 20 februari 2024.