Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.[de verhuurder] ,wonende te [woonplaats] ,hierna: de verhuurder,gemachtigde mr. I.R. Köhne,
2.[de huurder] ,handelende onder de naam ‘ [handelsnaam] ’,
hierna: de huurder,
1.Verloop van de procedure
- het verzoek met bijlagen, op de griffie ingekomen op 24 oktober 2023,
- de brieven van de gemachtigde van de verhuurder van 7 november en 6 december 2023, met bijlagen.
2.Feiten
Duur, verlenging, opzegging
5 jaar, ingaande op
1 oktober 2017en derhalve lopende tot en met
31 augustus 2022.
31 augustus 2027.
DAT:
voor de duur van vijf jaar, ingaande op de eerste dag van de kalendermaand die volgt op de maand waarin de goedkeuring voor de afwijkende bedingen die in deze huurovereenkomst zijn opgenomen onherroepelijk is geworden (hierna te noemen
ingangsdatum).
Per die datum eindigt de thans vigerende huurovereenkomst tussen partijen met wederzijds goedvinden.
huurder ofverhuurder […] wordt deze huurovereenkomst na het verstrijken van de in 3.1 genoemde periode voortgezet
voor onbepaalde tijd. Partijen komen nadrukkelijk overeen dat deze huurovereenkomst derhalve niet voor vijf plus vijf jaar wordt aangegaan. Middels dit artikellid wordt ten nadele van de huurder afgeweken van de bepalingen van afdeling Boek 7, Afdeling 6, Titel 4 BW.
Partijen komen nadrukkelijk overeen dat verhuurder de huurovereenkomst kan opzeggen tegen het einde van de eerste vijf jaar, en tegen ieder tijdstip daarna, alles zonder dat de wettelijke opzeggronden of welke opzeggingsgrond dan ook daarbij in acht hoeft/hoeven te worden genomen en/of in de opzegging hoeft/hoeven te worden opgenomen/vermeld, en dat de huurovereenkomst eindigt als gevolg van die enkele opzegging zonder dat daarvoor een procedure hoeft te worden gestart of een uitspraak van de rechter is vereist of wat dies meer zij. Alsdan eindigt de huurovereenkomst derhalve door die enkele opzegging, zonder dat er nog enige procedure, actie of handeling vereist zal zijn. De artikelen 7:292 tot en met 7:300 zijn niet van toepassing. Middels dit artikellid wordt ten nadele van huurder afgeweken van de bepalingen van afdeling Boek 7, Afdeling 6, Titel 4 BW.
3.Verzoek
4.Beoordeling
- eindigt de huurovereenkomst namelijk niet van rechtswege, maar moet die worden opgezegd;
- loopt de huurovereenkomst na opzegging door de verhuurder door, tenzij de huurder schriftelijk met de opzegging heeft ingestemd of de rechter de huur heeft beëindigd;
- moet de verhuurder die opzegt daarbij de gronden (redenen) voor de opzegging vermelden;
- zal de rechter de huur slechts beëindigen als de verhuurder daarvoor een bijzondere, in de wet omschreven, reden heeft, zoals dat hij het gehuurde dringend zelf nodig heeft, of als de rechter dat bij een afweging van de belangen van de verhuurder en de huurder redelijk vindt.
5.De beslissing
uiterlijk op 12 mei 2024schriftelijk hun mening aan de kantonrechter te sturen, onder vermelding van zaaknummer 10874061 RP VERZ 24-50009.