ECLI:NL:RBDHA:2024:4654
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag uitkering op grond van de Uitkeringswet gewezen militairen door reservist
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 4 april 2024, wordt het beroep van eiser, een reservist, tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een uitkering op grond van de Uitkeringswet gewezen militairen (UGM) beoordeeld. Eiser, die in 1988 als reservist is aangesteld, heeft een UGM-uitkering aangevraagd na zijn leeftijdsontslag op 1 juli 2022. De aanvraag werd afgewezen omdat eiser niet voldoet aan de voorwaarden van de UGM, die alleen van toepassing zijn op beroepsmilitairen of reservisten die verplicht zijn tot doorlopende werkelijke dienst. De rechtbank stelt vast dat eiser nooit verplicht is geweest tot doorlopende werkelijke dienst, en dat de UGM sinds 1990 niet meer van toepassing is op reservisten zoals eiser. De rechtbank concludeert dat eiser geen aanspraak kan maken op de UGM-uitkering, en verklaart het beroep ongegrond. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.