Op 2 april 2024 heeft de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de onttrekking aan het verkeer van geneesmiddelen, specifiek vardenafil, die door de belanghebbende waren besteld via een internetwebsite. De zaak kwam aan het licht toen op 23 oktober 2023 een pakket, afkomstig uit India en geadresseerd aan de belanghebbende, werd gecontroleerd door de Douane Nederland. Het pakket bevatte 40 tabletten vardenafil, die op 31 oktober 2023 in beslag zijn genomen. De officier van justitie diende op 16 maart 2024 een vordering in om de tabletten onttrokken te verklaren aan het verkeer, omdat het invoeren van deze geneesmiddelen zonder vergunning in strijd is met artikel 18 van de Geneesmiddelenwet.
Tijdens de behandeling van de vordering op 19 maart 2024 in raadkamer, werd de belanghebbende gehoord, evenals de officier van justitie, mr. S.N. Mentrop-Huliselan. De belanghebbende voerde aan dat hij niet op de hoogte was van de illegale status van de tabletten en dat hij deze had besteld via een Belgische website, in de veronderstelling dat ze uit de EU kwamen. Hij vroeg om een geldelijke tegemoetkoming, omdat hij zich onevenredig zwaar getroffen voelde door de onttrekking.
De rechtbank oordeelde dat de tabletten inderdaad onder de Geneesmiddelenwet vallen en dat de belanghebbende geen vergunning had om deze in te voeren. De rechtbank concludeerde dat de uitzondering voor eigen gebruik niet van toepassing was, omdat de tabletten per post waren verzonden. De rechtbank wees de vordering van de officier van justitie toe en verklaarde de tabletten onttrokken aan het verkeer, terwijl het verzoek om een geldelijke tegemoetkoming werd afgewezen. De rechtbank benadrukte dat de belanghebbende meer zorgvuldigheid had moeten betrachten bij het bestellen van geneesmiddelen online, vooral gezien het feit dat deze alleen op doktersrecept verkrijgbaar zijn.