In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar asielaanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiseres, van Sierra Leoonse nationaliteit, heeft op 8 januari 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel. De aanvraag werd op 3 augustus 2023 afgewezen als ongegrond. Eiseres stelt dat zij bedreigd en mishandeld is door de familie van haar ex-vriend, en dat zij gedwongen werd om haar oma op te volgen als medicijnvrouw van een geheim genootschap. De rechtbank heeft het beroep op 22 januari 2024 behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigde van de verweerder.
De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris onvoldoende rekening heeft gehouden met de psychische problematiek van eiseres en de impact daarvan op haar verklaringen. Eiseres heeft consistent en gedetailleerd verklaard over haar situatie, ondanks haar psychische klachten. De rechtbank vindt dat de staatssecretaris de problemen met de familie van de ex-vriend en de druk vanuit het genootschap ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht. De rechtbank concludeert dat de afwijzing van de asielaanvraag niet deugdelijk is gemotiveerd en dat eiseres recht heeft op uitstel van vertrek, gezien haar medische situatie.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond, maar benadrukt dat eiseres een aparte aanvraag voor uitstel van vertrek kan indienen. De rechtbank wijst erop dat de staatssecretaris de aanvraag op goede gronden heeft afgewezen, maar dat de medische omstandigheden van eiseres niet voldoende zijn meegewogen. De uitspraak is gedaan door mr. C.W. Griffioen, rechter, in aanwezigheid van mr. J.J. Yilmaz, griffier.