ECLI:NL:RBDHA:2024:3795
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag verhoging militair invaliditeitspensioen wegens gebrek aan causaal verband met militaire dienst
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn aanvraag tot verhoging van zijn militair invaliditeitspensioen (MIP). De aanvraag werd afgewezen door de staatssecretaris van Defensie op 20 maart 2023, en het bezwaar van eiser werd op 1 augustus 2023 eveneens afgewezen. De rechtbank heeft de zaak op 29 januari 2024 behandeld, waarbij zowel eiser als de gemachtigde van verweerder aanwezig waren.
Eiser, die van 1 april 2002 tot 1 juli 2008 als beroepsmilitair bij de Koninklijke Marine heeft gediend, heeft een MIP toegekend gekregen vanwege een posttraumatische stressstoornis, een depressieve stoornis en tinnitus. Hij heeft echter ook last van ademhalings- en stofwisselingsstoornissen, overgewicht, slaapapnoe, diabetes mellitus en obesitas. Eiser verzocht om verhoging van het MIP, maar een verzekeringsgeneeskundig onderzoek concludeerde dat er geen causaal verband was tussen zijn militaire dienst en de nieuwe aandoeningen.
De rechtbank oordeelt dat verweerder zich terecht heeft gebaseerd op het rapport van een medisch deskundige, die geen oorzakelijk verband tussen de militaire dienst en de nieuwe aandoeningen kon vaststellen. De rechtbank concludeert dat het onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat de argumenten van eiser onvoldoende onderbouwd zijn. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de aanvraag tot verhoging van het MIP. Er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding.