Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de voorzieningenrechter van 29 februari 2024 in de zaak tussen
het college van burgemeester en wethouders van Wassenaar, verweerder
[derde partij] ,uit [woonplaats] (Luxemburg), hierna ook Woo-verzoeker,
Rechtbank Den Haag
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 29 februari 2024, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld van de besloten vennootschap N.N. uit Dongen. Dit verzoek is gericht tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Wassenaar, dat documenten openbaar wil maken in het kader van de Wet open overheid (Woo). De documenten betreffen informatie over Kasteel Oud-Wassenaar van januari 2020 tot en met 6 februari 2023. De bestuurder van verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen de openbaarmaking en verzocht om een voorlopige voorziening, waarbij hij de voorzieningenrechter vroeg het besluit te schorsen tot zes weken na de beslissing op bezwaar. De voorzieningenrechter heeft de Woo-verzoeker, die als derde-partij aan de zaak deelneemt, als belanghebbende aangemerkt en hem de mogelijkheid gegeven om mee te doen aan de procedure. De voorzieningenrechter heeft echter geoordeeld dat het verzoek om een voorlopige voorziening kennelijk ongegrond is. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat de bestuurder niet heeft voldaan aan de verzoeken om een versie van de stukken in te dienen die wel gedeeld kon worden met de derde-partij. De geheimhoudingsrechter heeft het verzoek om beperkte kennisneming afgewezen, omdat de bestuurder niet heeft gereageerd op de verzoeken van de rechtbank. Hierdoor kon de procedure niet voortgezet worden met inachtneming van het recht op een eerlijk proces voor alle partijen. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het verzoek om voorlopige voorziening moet worden afgewezen, wat betekent dat de openbaarmaking van de documenten kan doorgaan.