ECLI:NL:RBDHA:2024:3319
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen voortduren van maatregel van bewaring in vreemdelingenzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 7 maart 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen de voortduren van een maatregel van bewaring, opgelegd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser, die de Surinaamse nationaliteit heeft, heeft op 12 januari 2024 de maatregel van bewaring opgelegd gekregen op grond van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft bepaald dat een onderzoek ter zitting achterwege blijft en heeft het onderzoek op 1 maart 2024 gesloten.
De rechtbank overweegt dat zij eerder de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring heeft getoetst en dat deze tot het sluiten van het eerdere onderzoek op 23 januari 2024 rechtmatig was. Eiser stelt dat verweerder onvoldoende voortvarend handelt in de uitzetting, maar de rechtbank oordeelt dat verweerder voldoende actie heeft ondernomen, waaronder het boeken van een vlucht voor eiser op 29 februari 2024. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en wijst ook het verzoek om schadevergoeding af. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. W. Anker, rechter, en openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.