ECLI:NL:RBDHA:2024:3180

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 maart 2024
Publicatiedatum
11 maart 2024
Zaaknummer
C/09/640470 / FA RK 22-8914
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Erkenning van buitenlandse beslissingen en geboorteaktes in het kader van hoogtechnologisch draagmoederschap

In deze beschikking van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 7 maart 2024, wordt het verzoek van twee wensouders om erkenning van buitenlandse beslissingen en geboorteaktes in het kader van hoogtechnologisch draagmoederschap behandeld. De wensouders, beiden van het mannelijk geslacht en woonachtig in Nederland, hebben een verzoek ingediend om de rechtsgeldigheid van Amerikaanse geboorteaktes en beslissingen van een Amerikaanse rechtbank te erkennen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de wensouders, na een zorgvuldig doorlopen draagmoederschapstraject in de Verenigde Staten, de juridische ouders zijn van de geboren kinderen. De rechtbank heeft de relevante stukken en correspondentie in de procedure beoordeeld, waaronder de verklaringen van de draagmoeder en de ivf-arts, en heeft geconcludeerd dat de Amerikaanse beslissingen en geboorteaktes voldoen aan de eisen van zorgvuldigheid en rechtsgeldigheid.

De rechtbank heeft de rechtsmacht van de Amerikaanse rechter erkend en vastgesteld dat er geen strijdigheid is met de Nederlandse openbare orde. De rechtbank heeft de verzoeken van de wensouders toegewezen, waardoor zij als juridische ouders van de kinderen in de Basisregistratie Personen (BRP) kunnen worden geregistreerd. Tevens is een aantekening in het gezagregister gelast, waarin wordt bevestigd dat beide verzoekers belast zijn met het ouderlijk gezag over de kinderen. Het voorwaardelijke verzoek tot adoptie is afgewezen, aangezien de eerdere verzoeken reeds zijn toegewezen. Deze beschikking biedt een belangrijke juridische basis voor de erkenning van buitenlandse familierechtelijke betrekkingen in Nederland.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Meervoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 22-8914
Zaaknummer: C/09/640470
Datum beschikking: 7 maart 2024

Beschikking op het op 28 december 2022 ingekomen verzoekschrift van:

[verzoeker 1] en [verzoeker 2] ,

hierna gezamenlijk verzoekers of wensouders, dan wel afzonderlijk [verzoeker 1] en [verzoeker 2] ,
wonende te [woonplaats] , gemeente [gemeenteplaats] ,
advocaat: mr. J.H. van der Tol te Amsterdam.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ’s-Gravenhage,
zetelend te ’s-Gravenhage,
de ambtenaar.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
- het verzoekschrift, met bijlagen;
- de brief van verzoekers, ingekomen op 27 februari 2023, met bijlagen;
- de brief van de ambtenaar van 2 maart 2023;
- de brief van verzoekers van 21 maart 2023, met bijlagen;
- de brief van de ambtenaar van 17 april 2023;
- de brief van de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad) van
13 september 2023, met als bijlage het rapport van de Raad van 15 mei 2023 met kenmerk [kenmerknummer 1] en [kenmerknummer 2] ;
- de brief van de ambtenaar van 28 november 2023.
Op 7 december 2023 is de zaak op de zitting van de meervoudige kamer van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen: verzoekers met hun advocaat. Verzoekers werden bijgestaan door een tolk in de Engelse taal, H. Abdullah. Namens de Raad was [naam 1] aanwezig.
De ambtenaar heeft bij brief van 28 november 2023 de rechtbank bericht niet op de zitting te zullen verschijnen.
Na de zitting heeft de rechtbank de volgende stukken ontvangen:
- de brief van verzoekers, ingekomen op 20 december 2023, met bijlagen;
- de brief van verzoekers, ingekomen op 1 februari 2024, met bijlage.

Verzoek

Het verzoekschrift strekt ertoe dat de rechtbank:
I. de rechtsgeldigheid van de overgelegde geboorteaktes en Amerikaanse beschikkingen verklaart;
II. voor recht verklaart dat op grond van de hierna te noemen beslissing de familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming tussen verzoekers en [kind 1] en [kind 2] zijn vastgesteld en van rechtswege in Nederland worden erkend en dat zij met het gezag over de kinderen zijn belast:
- de beschikking van “the Circuit Court of the 17th judicial Circuit in and for Broward County, Florida”, Verenigde Staten van Amerika (hierna ook: VS), van 29 september 2022;
III. een aantekening in het gezagsregister gelast waaruit blijkt dat beide verzoekers belast zijn met het ouderlijk gezag over de kinderen;
voorwaardelijk:
IV. de adoptie door verzoekers van de kinderen uitspreekt;
een en ander voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad.

Feiten

- De wensouders, beiden van het mannelijk geslacht, zijn op [huwelijksdag] 2015 in Hawaii, VS, met elkaar getrouwd.
-Volgens de uittreksels uit de Basisregistratie Personen (BRP) zijn verzoekers Amerikaans burger.
- De wensouders kunnen hun kinderwens niet op eigen kracht realiseren. Zij hebben voor hoogtechnologisch draagmoederschap gekozen.
- Voor het draagmoederschapstraject is gebruik gemaakt van de ivf-kliniek “Conceptions Florida”.
- De draagmoeder, [naam 2] , is Amerikaans burger. Zij is ongehuwd.
- De wensouders en de draagmoeder hebben in de VS onafhankelijk juridisch advies ontvangen van hun eigen advocaat, waarin zij zijn gewezen op hun rechten, verantwoordelijkheden en verplichtingen op basis van de bestaande wetgeving in de VS.
- De wensouders en de draagmoeder hebben voorafgaand aan de zwangerschap een draagmoederschapsovereenkomst “Gestational Surrogacy Agreement” opgesteld.
- De draagmoeder is na een ivf-behandeling door voornoemde kliniek in verwachting geraakt. In de “In the circuit court of the seventeenth judicial circuit in and for Broward County, Florida”, VS, op 1 juni 2022 afgelegde “Affidavit of Attending Physician” van de ivf-arts Dr. Armando Hernandez-Rey staat onder meer het volgende:
“2. I was the attending physician for Gestational Surrogate, [naam 2] .
3. I successfully implanted into [naam 2] , through in vitro fertilization, embryos created from an egg donor’s oocytes and [verzoeker 1] ’s sperm and egg donor oocytes and [verzoeker 2] ’s sperm.
4. The aforesaid implantation resulted in Gestational Surrogate, [naam 2] , becoming pregnant and she is expected to give birth to twins on or about October 19, 2022.
5. The Gestational Surrogate, [naam 2] isnotgenetically related to the child expected to be born on or about October 19, 2022.”
- De ivf-arts heeft op 18 december 2023 verklaard dat de embryo’s zijn gecreëerd met een eicel van een donor met nummer “# [nummer 1] ”.
- De wensouders hebben met de eiceldonatrice in oktober 2021 een “Intended Parents/Egg Donor Agreement” opgesteld. De eiceldonatrice wordt in deze overeenkomst met het nummer [nummer 1] aangeduid. De wensouders worden aangeduid als “Intended Father A.A.” en “Intended Father B.B.”. Op de bijlage “signature page to be held in escrow by each party’s attorney” staat een handtekening boven “Intended Father One A.A.” en daaronder staat “ [verzoeker 1] ”. Ook staat daar een handtekening boven “Intended Father Two B.B.” en daaronder staat “ [verzoeker 2] ”.
- De wensouders en de draagmoeder hebben voorafgaand en gedurende het traject de mogelijkheid gehad tot psychologische bijstand. Voor de draagmoeder was medische zorg geregeld.
- Op 8 juni 2022 heeft “the Circuit Court of the 17th Judicial Circuit in and for Broward Conty, Florida”, VS, een “Agreed Order” gegeven. In deze beslissing – voorzien van apostille – is onder meer het volgende overwogen:
(…)
Accordingly, it is hereby ordered and adjudged that:
1. The Children due to be born on or about October 19, 2022 shall be the legal Children and legal heirs of the Commissioning Couple, [verzoeker 1] and [verzoeker 2] and entitled to all rights and privileges and subject to all obligations as though the Children was born to the Commissioning Couple.
(…)
3. [verzoeker 1] and [verzoeker 2] are the sole legal parents of the Children expected to be born on or about October 19, 2022, and shall be responsible for the Children from the moment of birth.
(…)
- De Raad heeft in zijn rapport van 23 augustus 2022, met kenmerk [kenmerknummer 3] , besloten om voorafgaand aan de geboorte toestemming te verlenen aan verzoekers om de kinderen die geboren gaan worden uit de draagmoeder na de geboorte op te nemen in hun gezin.
- Op [geboortedag] 2022 zijn uit de draagmoeder geboren [kind 1] en [kind 2] te [geboorteplaats] , Florida, VS.
- Op 29 september 2022 heeft “the Circuit Court of the 17th Judicial Circuit in and for Broward Conty, Florida”, VS” een “Agreed Final Judgment” – voorzien van apostille – gegeven, inhoudende:
(…)
It is therefore ordered and adjudged that:
1. The Petitioners, [verzoeker 1] and [verzoeker 2] , a married couple, are hereby affirmed and adjudged to be the legal and genetic parents of twins boys named [kind 1] and [kind 2] , born on [geboortedag] 2022 in Palm Beach County, Florida.
2. The Children’s birth certificates shall be amended to reflect [verzoeker 1] and [verzoeker 2] as the Children’s parents. The Surrogate’s name, [naam 2] , shall be deleted from the birth certificates.
3. The Children’s birth certificates shall be amended to reflect that the Children shall be named [kind 1] and [kind 2] by which names they will be known hereafter.
4. The Children’s birth certificates shall be changed to comply with this Order.
5. The original birth certificates shall be sealed.
(…)
- Op de overgelegde “Certificate of Live Birth” van de kinderen, opgemaakt op
20 oktober 2022 en voorzien van apostille, staan de wensouders als ouders van de kinderen vermeld.
- Uit een overgelegd DNA-onderzoek van DDC DNA Diagnostics Center blijkt dat de waarschijnlijkheid van het vaderschap van [verzoeker 2] over Nico en Liam afgerond 99,99% is. Deze uitkomst is anders dan verzoekers hadden gedacht. Zij gingen ervan uit dat ieder van hen aan één kind genetisch verwant is. De embryo met het genetisch materiaal van [verzoeker 2] heeft zich na de terugplaatsing nog gesplitst, terwijl de embryo met het genetisch materiaal van [verzoeker 1] het niet heeft gered.
- De Raad heeft in zijn rapport van 15 mei 2023, met kenmerk [kenmerknummer 1] en [kenmerknummer 2] , de rechtbank geadviseerd om, indien de verzoeken van de wensouders onder I tot en met III niet worden toegewezen, het voorwaardelijk verzoek van de wensouders om de kinderen te adopteren, toe te wijzen.
- De draagmoeder heeft in de procedure bij “the Circuit Court of the Seventeenth Judicial Circuit in and for Broward County, Florida”, VS een “answer and consent tot entry of pre-birth declaratory order and final order affirming parental status, acceptance of service, and waiver of personal appearance” ondertekend. Zij verklaart:

“I, [naam 2] , hereby consent to the entry of an Pre-Birth Declaratory Order Affirming Parental Status and a Final Order Affirming Parental Status declaring [verzoeker 1] and [verzoeker 2] as the legal parents of any Child I am currently carrying and who is expected to be born on or about 2022/2023. I hereby waive service of process and my personal appearance at any court hearings, and stipulate to attorney Alexia Gertz, Esq., appearing at any hearings in order to obtain a Pre-Birth Declaratory Order and a Final Order Affirming Parental Status on behalf of the Commissioning Couple, [verzoeker 1] and [verzoeker 2] ”.

- De wensouders verzorgen en voeden de kinderen sinds hun geboorte op.

Beoordeling

Rechtsmacht
De rechtbank heeft op grond van artikel 3 onder a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) rechtsmacht om van de verzoeken kennis te nemen, nu verzoekers hun woonplaats in Nederland hebben.
De positie van de draagmoeder
De draagmoeder kan in beginsel als belanghebbende als bedoeld in artikel 798 Rv worden aangemerkt. Zij is in eerste instantie dan ook door de rechtbank opgeroepen. De rechtbank zal de draagmoeder evenwel niet als belanghebbende aanmerken. Dit gelet op het feit dat – zoals hieronder nog zal blijken – het draagmoederschapstraject met de nodige zorgvuldigheid is doorlopen, waarbij de belangen van de draagmoeder in acht zijn genomen. Bij de Amerikaanse beslissingen is bepaald dat verzoekers de enige wettelijke ouders zijn van de kinderen en dat zij de zorg voor hen dragen vanaf de geboorte. Uit de instemmingsverklaring van de draagmoeder blijkt dat zij - samengevat - instemt met het feit dat verzoekers de juridische ouders over de kinderen worden. De rechtbank zal verdere oproeping dan ook achterwege laten.
De positie van de ambtenaar
Verzoekers hebben gevraagd geen acht te slaan op de brief van de ambtenaar van 2 maart 2023. Dit omdat de ambtenaar volgens hen geen belanghebbende is in deze procedure. De rechtbank kan verzoekers hierin niet volgen, nu zij hun verzoek – zoals dat op dat moment nog voorlag – hebben gegrond op artikel 1:26 van het Burgerlijk Wetboek, zoals blijkt uit pagina vier van het verzoekschrift van partijen. Volgens het procesreglement is de ambtenaar dan belanghebbende. Dat betekent dat de rechtbank de brief van de ambtenaar wel meeneemt in haar beoordeling.
Verzoeken onder I. en II.: rechtsgeldigheid Amerikaanse beslissingen en Amerikaanse geboorteaktes
Op zitting heeft de advocaat van verzoekers bevestigd dat zij met deze verzoeken beoogt dat beide Amerikaanse beslissingen en Amerikaanse geboorteaktes van de kinderen in Nederland worden erkend. Met deze uitspraak van de rechtbank kunnen verzoekers dan als de juridische ouders van de kinderen worden geregistreerd in de BRP. Verzoekers verwijzen hierbij naar een eerdere uitspraak van deze rechtbank, waarin deze zogenoemde ‘BRP-route’ is genomen.
De ambtenaar heeft zich in zijn brief van 2 maart 2023 ten aanzien van de verzoeken onder I. en II. gerefereerd aan het oordeel van deze rechtbank. Hij heeft hierbij aangegeven dat een uitspraak van een rechter waaruit blijkt dat een buiten Nederland tot stand gekomen of gewijzigde familierechtelijke betrekking in Nederland kan worden erkend voldoende is om tot een registratie van dat gegeven in de BRP te kunnen komen.
De rechtbank begrijpt het verzoek aldus dat haar wordt gevraagd om te beoordelen of de uit de Amerikaanse uitspraak voortvloeiende, uit hoofde van afstamming vastgestelde, familierechtelijke rechtsbetrekkingen in Nederland van rechtswege kunnen worden erkend.
Toepasselijk recht
Nu de verzoeken strekken tot erkenning van buitenlandse beslissingen en buitenlandse geboorteaktes in Nederland, is Nederlands recht hierop van toepassing is.
Erkenning Amerikaanse beslissingen
De rechtbank zal allereerst beoordelen of de uit de Amerikaanse beslissingen voortvloeiende, uit hoofde van afstamming vastgestelde, familierechtelijke rechtsbetrekkingen hier te lande van rechtswege kunnen worden erkend.
De rechtbank zal in dit kader de in boek 10 van het Burgerlijk Wetboek (BW) geplaatste erkenningsregeling naar analogie toepassen op de afstammingsrechtelijke gevolgen van draagmoederschap.
Op grond van art. 10:100 lid 1 BW wordt een buitenslands tot stand gekomen onherroepelijke rechterlijke beslissing waarbij familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming zijn vastgesteld of gewijzigd in Nederland van rechtswege erkend, tenzij:
a. er voor de rechtsmacht van de rechter kennelijk onvoldoende aanknoping bestond met de rechtssfeer van dat land;
b. aan die beslissing kennelijk geen behoorlijk onderzoek of behoorlijke rechtspleging is voorafgegaan, of
c. de erkenning van die beslissing kennelijk onverenigbaar is met de openbare orde.
De erkenning van de beslissing kan, ook wanneer daarbij een Nederlander betrokken is, niet wegens onverenigbaarheid met de openbare orde worden geweigerd op de enkele grond dat daarop een ander recht is toegepast dan uit deze titel zou zijn gevolgd (lid 2).
Uitgangspunt van de wet is dat de Amerikaanse beslissingen waarbij familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming zijn vastgesteld tussen verzoekers en de kinderen worden erkend. Dit is slechts anders indien er voor de rechtsmacht van de rechter kennelijk onvoldoende aanknoping bestond met de rechtssfeer van dat land, aan de beslissing geen behoorlijk onderzoek of behoorlijke rechtspleging is voorafgegaan of de erkenning van de beslissing onverenigbaar is met de openbare orde.
Rechtsmacht Amerikaanse rechter
Nu het draagmoederschap in de Verenigde Staten van Amerika heeft plaatsgevonden en de draagmoeder daar woont, acht de rechtbank aannemelijk dat er voor de rechtsmacht van de Amerikaanse rechter voldoende aanknoping bestond. In ieder geval kan niet worden geoordeeld dat er voor de rechtsmacht van de Amerikaanse rechter kennelijk onvoldoende aanknoping bestond.
Behoorlijk onderzoek of behoorlijke rechtspleging
De ambtenaar heeft gesteld dat de Amerikaanse uitspraken zijn gebaseerd op de onjuiste veronderstelling dat beide verzoekers genetisch verwant zijn en dat daarmee de vraag rijst of sprake is geweest van een zorgvuldige procedure. Voor zover de ambtenaar hiermee heeft willen betogen dat aan de Amerikaanse beslissingen geen behoorlijk onderzoek en rechtspleging is voorafgegaan, gaat de rechtbank aan deze stelling voorbij. De Amerikaanse beslissingen zijn gebaseerd op de regels omtrent draagmoederschap in Florida, VS en de in die procedure overgelegde stukken, waaronder de verklaring van de ivf-arts. Hierin wordt verklaard dat er twee embryo’s bij de draagmoeder zijn geplaatst, één met materiaal van [verzoeker 2] en één met materiaal van [verzoeker 1] . Het feit dat door een medische “wending” achteraf alleen [verzoeker 2] genetisch verwant is met de kinderen, maakt niet dat geoordeeld kan worden dat aan de Amerikaanse beslissingen geen behoorlijk onderzoek of behoorlijke rechtspleging is voorafgegaan. De rechtbank is dan ook, gelet op de inhoud van de Amerikaanse beslissingen, van oordeel dat hier wel sprake van is geweest.
In deze zaak gaat het om de vraag of de openbare orde zich verzet tegen erkenning van de in het buitenland tot stand gekomen familierechtelijke betrekkingen zoals vastgesteld in de Amerikaanse beslissingen.
Openbare orde exceptie: zorgvuldig draagmoederschapstraject?
De rechtbank stelt vast dat de ambtenaar zich ten aanzien van de toetsing van de voorwaarden in het kader van het traject van draagmoederschap aan het oordeel van de rechtbank refereert.
De rechtbank acht het in het kader van de openbare orde toets van belang om te oordelen of het in het buitenland gevolgde traject van draagmoederschap zorgvuldig heeft plaatsgevonden. Dit gelet op de ingrijpende gevolgen van draagmoederschap voor de rechten en verplichtingen van zowel het kind, de draagmoeder als de wensouders in kwestie. Nu de wensouders in de Amerikaanse beslissingen als ouders zijn aangemerkt van de kinderen dient hierbij naar het oordeel van de rechtbank met name te worden gekeken of de belangen van de kinderen, de draagmoeder en de eiceldonatrice voldoende in acht zijn genomen. Hierbij zijn de aanbevelingen van de Staatscommisssie Herijking Ouderschap zoals opgenomen in het adviesrapport ‘Kind en ouders in de 21e eeuw’ van 7 december 2016 van belang en de door het kabinet in zijn brief van 12 juli 2019 (kamerstukken TK 2018/2019, 33836, nr. 45) geformuleerde waarborgen om het traject zorgvuldig en transparant te laten verlopen en zoveel mogelijk rechtszekerheid te bieden aan de draagmoeder, de wensouders en het kind.
Hieruit volgt dat het voor kinderen van groot belang is om te (kunnen) achterhalen uit wie zij zijn geboren, van wie zij genetisch afstammen en onder welke omstandigheden zij zijn ontstaan en geboren. Het recht van het kind om zijn of haar afstamming te kennen is een mensenrecht dat is opgenomen in artikel 7 van het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK).
Op grond van de overgelegde stukken en dat wat op de zitting is besproken, komt de rechtbank tot het oordeel dat het traject van draagmoederschap in Florida in de Verenigde Staten van Amerika met waarborgen is omkleed, die overeenkomen met de aanbevelingen van de Staatscommissie.
Verzoekers hebben bij het realiseren van hun ouderschapswens voor het draagmoederschapstraject gebruik gemaakt van de eicel van een eiceldonatrice, waarmee ze een “Intended Parents/Egg Donor Agreement” zijn aangegaan. Uit artikel 6 van de overeenkomst blijkt dat de eiceldonatrice medisch advies heeft gehad van haar arts en ook van het ingeschakelde bureau over onder andere de medische, psychologische en financiële risico’s van het traject zoals overeengekomen in de overeenkomst. De eiceldonatrice wordt in deze overeenkomst met het nummer [nummer 1] aangeduid. De wensouders worden aangeduid als “Intended Father A.A.” en “Intended Father B.B.”. Uit de bijlage “signature page to be held in escrow by each party’s attorney” blijkt dat dit de wensouders zijn.
De kinderen kunnen in de toekomst, indien zij dit willen, contact zoeken met de eiceldonatrice. In artikel 21 van de “Intended Parents/Egg Donor Agreement” staat vermeld dat de eiceldonatrice ervoor openstaat dat de kinderen vanaf 18 jaar, of op elk ander moment, contact met haar opnemen. Dit verloopt via de “Donor Sibling Registry” (DSR). Uit de na de zitting ingekomen stukken blijkt dat de eiceldonatrice geregistreerd staat in DSR. Ook is een verklaring overgelegd van “Conceptions Florida’” dat zij bereid is te helpen bij het contacteren van de donor. De ivf-arts heeft op 18 december 2023 aanvullend verklaard dat bij het creëren van de embryo’s gebruik is gemaakt van de donor met nummer “# [nummer 1] ” en dat deze donor ingestemd heeft met contact met de kinderen als zij volwassen zijn. Verzoekers hebben hierbij verklaard dat zij door middel van een google-search ervan overtuigd zijn dat de eiceldonatrice [naam 3] heet.
Ook met de draagmoeder hebben verzoekers een “Gestational Surrogacy Agreement” opgesteld en ondertekend. Op dit moment hebben verzoekers goed contact met de draagmoeder en haar gezin. De rechtbank stelt dan ook vast dat de ontstaansgeschiedenis van de kinderen op termijn voor hen volledig is te achterhalen en dat zij te zijner tijd kennis kunnen nemen van de eiceldonatrice en de draagmoeder. Zoals hierboven onder de feiten al is weergegeven, hebben de wensouders en de draagmoeder daarnaast in de VS onafhankelijk juridisch advies ontvangen van hun eigen advocaat en hebben zij gedurende het traject de mogelijkheid gehad tot psychologische bijstand. Voor de draagmoeder was eveneens medische zorg geregeld.
Daarnaast is gebleken dat het juridisch ouderschap van verzoekers is vastgesteld op grond van voornoemde beslissingen van de “the Circuit Court of the 17th Judicial Circuit in and for Broward County, Florida”, VS, een en ander in overeenstemming met de wetgeving van Florida, VS. De rechtbank kwalificeert deze Amerikaanse beslissingen als een “ontkenning van het moederschap” van de draagmoeder, en een vaststelling van het ouderschap van verzoekers. Op basis hiervan zijn geboortecertificaten opgemaakt waarop de wensouders als de juridische ouders van de kinderen zijn geregistreerd. Niet is gebleken – en ook door de ambtenaar is niet gesteld – dat de buitenlandse beslissingen onverenigbaar zijn met de Nederlandse openbare orde. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de Amerikaanse beslissingen van 8 juni 2022 en 29 september 2022 ten aanzien van de kinderen, waarbij de familierechtelijke betrekkingen tussen de kinderen en de wensouders zijn vastgesteld, voor erkenning in Nederland in aanmerking komen.
Erkenning Amerikaanse geboorteaktes
Ook voor de vraag of de Amerikaanse geboorteaktes erkend kunnen worden, zal de rechtbank de in boek 10 BW geplaatste erkenningsregeling naar analogie toepassen.
In artikel 10:101 lid 1 BW is, voor zover hier van belang, de in artikel 10:100 leden 1, onder b en c, 2 en 3 BW opgenomen erkenningsregeling van overeenkomstige toepassing verklaard op buitenslands tot stand gekomen rechtsfeiten of rechtshandelingen, waarbij familierechtelijke betrekkingen zijn vastgesteld of gewijzigd, welke zijn neergelegd in een door een bevoegde instantie overeenkomstig de plaatselijke voorschriften opgemaakte akte.
De rechtbank stelt vast dat voor de kinderen Amerikaanse geboorteaktes zijn opgemaakt, waarin verzoekers – overeenkomstig de Amerikaanse beslissingen – als ouders zijn opgenomen. De rechtbank is van oordeel dat dit door een bevoegde instantie overeenkomstig de plaatselijke voorschriften is gedaan. De rechtbank heeft geen aanknopingspunten voor het oordeel dat aan deze rechtshandelingen geen behoorlijk onderzoek is voorafgegaan. Ook ten aanzien van de Amerikaanse geboorteaktes gaat het daarom om de vraag of erkenning van de uit de Amerikaanse geboorteaktes voortvloeiende afstammingsrelaties kennelijk onverenigbaar is met de openbare orde, zoals bedoeld in artikel 10:100 lid 1 sub c BW.
Openbare orde exceptie?
Uit artikel 10:101 lid 1 BW juncto artikel 1:100 lid 2 BW volgt dat de erkenning van de buitenlandse akte, ook wanneer daarbij een Nederlander betrokken is, niet wegens onverenigbaarheid met de openbare orde kan worden geweigerd op de enkele grond dat daarop een ander recht is toegepast dan uit deze titel zou zijn gevolgd. Als uitgangspunt geldt dat het enkele feit dat het van rechtswege ontstaan van een familierechtelijke betrekking met de wensouder niet overeenstemt met de huidige bepalingen in het Nederlands recht, onvoldoende is om aan te nemen dat sprake is van onverenigbaarheid met de openbare orde. Van onverenigbaarheid met de openbare orde is immers slechts sprake in geval van strijdigheid met beginselen en waarden van juridische, sociale of morele aard die in de eigen rechtsorde fundamenteel worden geacht.
Uitgangspunt is dat de buitenlandse aktes dienen te worden erkend. Het feit dat naar het recht van Florida, VS, verzoekers als de juridische ouders op de geboorteakte worden geregistreerd, is onvoldoende om aan te nemen dat sprake is van onverenigbaarheid met de openbare orde. Zoals blijkt uit hetgeen hiervoor is overwogen, is het draagmoederschapstraject naar het oordeel van de rechtbank met de nodige zorgvuldigheidseisen omkleed, is de afstammingsrelatie voor de kinderen herleidbaar en is hiermee voldoende voorzien in het recht van het kind om zijn afstamming te kennen zoals opgenomen in artikel 7 IVRK.
In het kader van de openbare orde overweegt de rechtbank dat uit de jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in de zaak Mennesson v. France (no. 65192/11, ECHR 185, 2014) en de ‘advisory opinion’ van het EHRM van 10 april 2019 (no. P16-2018-001) blijkt dat het EHRM het in het belang van het kind acht dat hij een juridische afstammingsband heeft met de personen die hem verzorgen en opvoeden, ook indien tussen hen geen genetische band bestaat. Daarbij acht het EHRM het in het belang van het kind dat de periode vanaf de geboorte van het kind totdat de juridische band met de wensouders is gevestigd, zo kort mogelijk is, zodat het kind minder lang in een onzekere positie verkeert, waarbij omstandigheden als (rechtmatig) verblijf bij de wensouders, nationaliteit en erfrecht een rol kunnen spelen.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat zij door erkenning van de buitenlandse beslissingen en geboorteaktes handelt naar wat het EHRM in dit soort zaken van een lidstaat verlangt. Immers, door erkenning van de buitenlandse beslissingen en geboorteaktes wordt de juridische band van verzoekers met de kinderen vanaf de geboorte erkend. De rechtbank overweegt hierbij dat met de erkenning van de buitenlandse beslissingen en de geboorteaktes wordt voorkomen dat de kinderen in verschillende landen een afwijkende afstammingsstatus hebben.
Dit alles maakt dat de rechtbank van oordeel is dat de geboorteaktes van de kinderen van rechtswege in Nederland kunnen worden erkend, evenals de daarin vastgelegde familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming.
Uit het voorgaande volgt dan ook dat de verzoeken van verzoekers om te bepalen dat de Amerikaanse beslissingen en geboorteaktes in Nederland kunnen worden erkend, worden toegewezen.
Deze beschikking levert een brondocument op voor inschrijving in de BRP. Verzoekers worden op deze wijze als de juridische ouders van de kinderen in de BRP geregistreerd.
Verzoek onder III.: aantekening in het gezagregister
Verzoekers verzoeken de rechtbank te gelasten een aantekening te laten maken in het gezagregister waaruit blijkt dat beide verzoekers belast zijn met het ouderlijk gezag over de kinderen.
Toepasselijk recht
De Nederlandse rechter is op grond van Nederlands recht bevoegd om te beoordelen of er van rechtswege ouderlijke verantwoordelijkheid van verzoekers over de kinderen is ontstaan, omdat de kinderen hun gewone verblijfplaats in Nederland hebben.
Inhoudelijke beoordeling
Verzoekers zijn op grond van de beslissingen van de “the Circuit Court of the 17th Judicial Circuit in and for Broward County, Florida”, VS, vanaf de geboorte de juridische ouders – met gezag – van de kinderen. Die rechtsrelatie tussen verzoekers en de kinderen kan in Nederland worden erkend. Daarmee hebben zij zowel naar het recht van Florida, VS, als naar Nederlands recht gezamenlijk het gezag over de kinderen.
De rechtbank zal dan ook de griffier gelasten om deze uitspraak, als die onherroepelijk is geworden, aan het gezagsregister toe te zenden zodat er een aantekening van voormelde beslissingen en van deze beschikking in het gezagsregister kan worden gemaakt.
Het voorwaardelijke verzoek onder IV.: de adoptie door verzoekers
De rechtbank stelt vast dat zij de verzoeken onder I., II., en III. toewijst. Daaruit volgt reeds dat zij niet toekomt aan het voorwaardelijk geformuleerde verzoek onder IV. en deze daarom wordt afgewezen.

Beslissing

De rechtbank:
*
verklaart voor recht dat de beslissingen van “the Circuit Court of the 17th Judicial Circuit in and for Broward County, Florida”, Verenigde Staten van Amerika, van 8 juni 2022 en 29 september 2022, waarbij familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming tussen verzoekers en de kinderen [kind 1] en [kind 2] , geboren op [geboortedag] 2022 te [geboorteplaats] , Florida, VS, zijn vastgesteld van rechtswege in Nederland worden erkend;
*
verklaart voor recht dat de geboorteakte met nummer [nummer 2] , afgegeven op
20 oktober 2022 door de bevoegde instantie in Florida, VS, overeenkomstig de plaatselijke voorschriften aldaar, inhoudende dat op [geboortedag] 2022 te [geboorteplaats] , Florida, Verenigde Staten van Amerika is geboren: [kind 1] , als kind van [verzoeker 2] en [verzoeker 1] , van rechtswege in Nederland wordt erkend;
*
verklaart voor recht dat de geboorteakte met nummer [nummer 3] afgegeven op
20 oktober 2022 door de bevoegde instantie in Florida overeenkomstig de plaatselijke voorschriften aldaar, inhoudende dat op [geboortedag] 2022 te [geboorteplaats] , Florida, Verenigde Staten van Amerika is geboren: [kind 2] , als kind van [verzoeker 2] en [verzoeker 1] , van rechtswege in Nederland wordt erkend;
*
bepaalt dat de griffier, wanneer deze uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan, een afschrift van deze beschikking zal doen toekomen aan het gezagsregister, om daarin aantekening te doen van de buitenlandse beslissingen van “the Circuit Court of the 17th Judicial Circuit in and for Broward County, Florida”, Verenigde Staten van Amerika, van 8 juni 2022 en 29 september 2022 en deze beschikking van heden, waaruit volgt dat verzoekers belast zijn met het gezamenlijk gezag over voornoemde kinderen;
*
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mrs. C.S.F. de Nijs, A.M. Brakel en A.M.M. Vingerling, rechters, bijgestaan door mr. M.T.E. Krijger-van Huut als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 maart 2024.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING SECRETARIS!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING RECHTER!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR STEMPELS!