Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- het verzoekschrift (ontvangen op 10 maart 2023), met producties 1 tot en met 13;
- het verweerschrift van 17 augustus 2023, met productie 1.
2.De feiten
Het verloop van de gebeurtenissen
A: Ja, de politie was op zoek naar iemand bij ons in de buurt. Ik keek op dat moment in mijn tuin en ik zag dat de deur van mijn schuur dicht was. Dat is voor mij normaal gesproken helemaal niet vreemd. Ik doe namelijk altijd mijn schuurdeur op slot. Maar die avond had ik de deur van mijn schuur op een kier gelaten. Mijn vrouw had namelijk een zwembad in de tuin staan en met een pomp erin. In verband met elektriciteit liep de kabel van de pomp de schuur in. Derhalve had ik besloten om die nacht mijn schuurdeur niet op slot te doen maar op een kier te laten. Het viel mij dus op dat de deur van mijn schuur nu dicht was in plaats van op een kier zoals ik de deur had achter gelaten. Ik ben naar de politie gelopen en heb hen gezegd dat er misschien iemand in de schuur in mijn tuin was. (…) Zij zijn dus via mijn huis in mijn tuin gekomen. (…) Toen zij bij mijn schuur waren werd de deur van het schuurtje geopend waarna de politie met hond de schuur in zijn gegaan. Daarna hoorde ik geschreeuw en even laten kwam de politie met de man naar buiten. Het is allemaal in luttele seconden gebeurd.”
(…) Het is inderdaad een risico bij het gebruik van een lange lijn dat de hond direct bijt. Je zou de hond tegen kunnen houden, aanroepen en dan eerst zelf kunnen gaan kijken, maar de hond volgde een spoor en het ging heel snel.”
Ik ben in de tuin gestapt. Ik heb toen geroepen: “Politie, kom tevoorschijn, anders wordt de hond ingezet”, of woorden van gelijke strekking. De hond reageerde daarop door te blaffen. De hond ging zoeken. Ik hield de hond hoogstwaarschijnlijk aan de lijn op twee a drie meter. Het kan ook iets langer geweest zijn. De hond bleef in ieder geval onder mijn appel. De hond blafte en maakte geluid, zoals een werkende hond dat doet. Ik liep op afstand met de hond mee. Ik bleef op afstand om het geurspoor niet te verstoren.
De hond pakte het geurspoor op rechts bij de schutting. Er stond in de tuin ook een trampoline of een zwembad. De hond ging daar voorlangs en volgde een geurspoor naar de schuur. Ik gaf tijdens het zoeken de hond de ruimte om zijn werk te doen. De lijn hangt continu in een boogje boven de grond.
De hond ging de schuur in. Ik weet niet meer hoe hij naar binnen is gegaan. Ik heb in ieder geval de deur niet geopend. Ik weet niet meer of ik op dat moment heb aangeroepen. Ik weet ook niet meer hoe lang ik toen de lijn hield. Ik ging achter de hond aan naar de schuur. Ik bleef in de deuropening wachten, terwijl de hond zijn werk deed. Ik zorgde ervoor dat de lijn steeds licht gebogen was.
De hond deed in de schuur zijn werk. (…) Rechts achterin vond de hond de verdachte. (…) De hond had de verdachte in de bovenarm beet. Ik weet niet meer of dat links of rechts was.
Tot dan stond ik in de deuropening en liet ik de lijn door mijn hand glijden om de hond werkruimte te geven. Toen ik zag dat de hond de verdachte beet had, stapte ik naar binnen. Ik liep langs de lijn naar de hond toe. Ik heb tegen de verdachte gezegd dat hij was aangehouden en niet meer moest bewegen, of woorden van soortgelijke strekking. (…) Op het moment dat ik de hond losmaakte, was mijn collega in de schuur. (…)
(…)
Het is aannemelijk dat Diesel bijt als hij een verdachte vindt.
U vraagt mij of ik bij het betreden van de schuur heb overwogen om de verdachte de kans te geven om zich over te geven. Dat weet ik niet meer. Ik heb aangeroepen toen ik de tuin betrad en de hond maakte geluid, dus de verdachte had toen de kans om zich over te geven. Er zaten geen minuten tussen het aanroepen en het betreden van de schuur.
(…)
Ik heb niet aan dhr. [verzoeker] gezegd dat hij zijn arm aan de hond moest geven als beloning.”
De agent met de hond vroeg of hij door mijn woning kon. (…) De agent met de hond is naar buiten gelopen. Bij het naar buiten gaan heeft hij geroepen: “Politie met hond.” (…)
De hond zocht door de tuin bij de bank en de vuilnisbakken daarachter en rond het zwembad. Hij blafte. Ik weet niet meer of dat constant geblaf was. De agent liep mee. Ik weet niet hoe lang de lijn op dat moment was. De hond liep daarna naar de schuurdeur.
De hond ging naar binnen. Ik weet niet hoe dat is gegaan. De agent liep mee naar binnen. (…)
In de schuur hoorde ik gerommel. (…) Na enige tijd, ik denk een of twee of drie minuten, kwamen de agent met de hond en een persoon uit de schuur. Ik weet niet meer in welke volgorde. De hond was aan de lijn. Ik weet niet meer hoe lang die lijn was. (…)
De kabel, die van het zwembad het schuurtje in liep, is iets dikker dan een normaal elektriciteitssnoer. Hierdoor zat de schuurdeur op een haakje op een kier. U zegt mij nu dat ik op 5 maart 2020 heb verklaard dat de deur dicht was. De deur kan dicht, maar schiet dan door het snoer weer open. Ik weet nu niet precies meer waarom ik dat toen verklaarde.
Ik heb niet gezien hoe de deur van de schuur is geopend. De deur stond open, want hij kon niet dicht door het snoer. Ik weet niet meer hoe ver de deur openstond. Ik heb gezien dat de hond en de agent naar binnen gingen, maar ik weet niet meer wie het eerst naar binnen ging. De hond was aan de lijn. Ik weet niet meer hoe lang die lijn was. Ik weet niet meer of op dat moment de agent iets heeft gezegd of geroepen.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
Inzet politiehond onrechtmatig?
tuinbevond maar niet dat hij zich in de schuur had verstopt. De rechtbank baseert dit op de verklaringen die [naam 4] en [naam 3] op de dag van de aanhouding hebben afgelegd (zie onder 2.10 en 2.11). Aan de andersluidende verklaringen die [naam 3] (op 5 maart 2020, zie onder 2.13) en [naam 4] (op 13 december 2022, zie onder 2.17.4) met betrekking tot dit punt hebben afgelegd gaat de rechtbank voorbij, nu deze verklaringen dateren van ruime tijd na het incident. [naam 3] heeft zijn verklaring bovendien later weer aangepast (zie onder 2.14 en 2.17.3). Ook [naam hondengeleider 1] heeft op 30 juni 2021 in de beklagprocedure verklaard dat hij niet wist dat de verdachte in de schuur zat (zie onder 2.16).