Uitspraak
RECHTBANK Den Haag
1.SILK COSMETICS B.V.te Middelburg ,
1.[de VOF] V.O.F.te [plaats 2] ,en haar vennoten:
[gedaagde sub 2]te [plaats 3] , gemeente [gemeente] ,
3.
[gedaagde sub 3]te [plaats 3] , gemeente [gemeente] ,
1.[de VOF] V.O.F.te [plaats 2] ,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 25 oktober 2023 (hierna ook: het tussenvonnis) en de daarin genoemde stukken;
- de akte na tussenvonnis namens Silk Cosmetics c.s.;
- de akte uitlaten, tevens (voorwaardelijk) verzoek openstellen tussentijds appel van de vof c.s., met producties 47 tot en met 55;
- de antwoordakte namens de vof c.s.,;
- de antwoordakte namens Silk Cosmetics c.s.;
- de akte wijziging (vermindering) van eis namens Silk Cosmetics c.s. met productie 42, waarbij Silk Cosmetics haar vordering in conventie onder A (I) heeft verminderd met € 16.290,76 (het bedrag van de netto executieopbrengst van de inventaris en de winkelvoorraad).
2.De nadere beoordeling
partieelgerechtvaardigd heeft ontbonden, namelijk per 9 november 2022. De rechtbank heeft in zoverre een bindende eindbeslissing genomen. De vof c.s. heeft de rechtbank verzocht om op deze bindende eindbeslissing terug te komen, althans om tussentijds hoger beroep van het tussenvonnis open te stellen, omdat volgens de vof c.s. de rechtbank een verrassingsbeslissing heeft genomen, en bovendien sprake is van een beslissing op een onjuiste juridische grondslag.
dat [ Silk Cosmetics ] het recht van parate executie wenst uit te voeren door openbare verkoop ex art. 3:250 BW van de volledige inventaris en voorraad’. Artikel 3:250 van het Burgerlijk Wetboek (BW) heeft betrekking op executoriale verkoop op grond van een
pandrecht. Verder heeft de vof c.s. zelf op meerdere, mogelijk steekhoudende gronden betwist dat Silk Cosmetics zich op het eigendomsvoorbehoud kan beroepen. Bovendien heeft Silk Cosmetics in het verzoekschrift tot beslaglegging
primairhet standpunt ingenomen dat zij een pandrecht heeft op de inventaris en voorraad en
subsidiair– voor het geval wordt geoordeeld dat er geen pandrecht is – dat zij daarop een eigendomsvoorbehoud heeft. Gezien al het voorgaande staat thans (zonder bewijslevering door Silk Cosmetics ) bepaald niet vast dat Silk Cosmetics een (verlengd) eigendomsvoorbehoud heeft gehad op de inventaris en winkelvoorraad, en evenmin dat zij dit heeft uitgeoefend (door terugname van de zaken
onder eigendomsvoorbehoud). Zeker tegen deze achtergrond is Silk Cosmetics gerechtigd terug te komen op haar eerdere standpunt dat zij een eigendomsvoorbehoud had met betrekking tot de inventaris en voorraad.
Bij niet tijdige betaling van een factuur is Wederpartij eveneens een rente verschuldigd
buitengerechtelijkekosten heeft gemaakt die voor vergoeding in aanmerking komen. De door Silk Cosmetics gevorderde vergoeding voor deze buitengerechtelijke incassokosten – € 891,94 – wordt daarom afgewezen.
- de geldleningsovereenkomsten: € 60.869,80 te vermeerderen met lopende rente en boete;
- de parfumleveranties: (€ 15.245,46 en € 11.694,16 is) € 26.939,62 te vermeerderen met lopende wettelijke handelsrente en € 927,45 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- huur in de periode tot 9 november 2022: € 960 te vermeerderen met wettelijke handelsrente;
- gebruiksvergoeding: € 2.700 te vermeerderen met wettelijke rente op grond van artikel 6:119 BW;
€ 178,00(met de in de beslissing genoemde eventuele verhoging)