Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen
[naam verzoeker], V-nummer: [nummer verzoeker], verzoeker, en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 22 februari 2024 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in de zaken met de zaaknummers NL23.36941 en NL23.36943. De verzoekers, een gezin bestaande uit de verzoekster en haar minderjarige kinderen, hebben beroep ingesteld tegen de besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die hun asielaanvragen niet in behandeling heeft genomen. De staatssecretaris heeft zich beroepen op de verantwoordelijkheid van Bulgarije voor de behandeling van deze aanvragen.
De verzoekers hebben de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, maar de voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. In de uitspraak van dezelfde dag, met de zaaknummers NL23.36940 en NL23.36942, heeft de rechtbank al uitspraak gedaan op de beroepen van de verzoekers. Hierdoor is de noodzaak voor een voorlopige voorziening komen te vervallen.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken om een voorlopige voorziening afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. S.E. van de Merbel, in aanwezigheid van griffier mr. S.S. van der Velde, en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.